Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Vonnis van de meervoudige kamer van 7 augustus 2015
[veroordeelde] ,
OVERWEGINGEN
€ 3.899,22.De rechtbank maakt daartoe de volgende berekening.
BESLISSING
€ 3.899,22.
Rechtbank Midden-Nederland
Op 7 augustus 2015 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zitting houdende in Lelystad, uitspraak gedaan in een ontnemingszaak tegen een veroordeelde, geboren in 1987 te Suriname. De rechtbank heeft kennisgenomen van het voorbereidend onderzoek en de stukken van de strafzaak met parketnummer 16.659601-13. Tijdens de openbare terechtzitting op 24 juli 2015 was de veroordeelde aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, mr. T.S.S. Overes. De officier van justitie vorderde dat de veroordeelde zou worden verplicht tot betaling aan de Staat van het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel, dat volgens de officier op € 32.229,63 werd geschat, na aftrek van kosten voor apparatuur die aan benadeelde partijen zijn toegewezen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde wederrechtelijk verkregen voordeel heeft genoten uit de baten van de feiten waarvoor hij eerder is veroordeeld. De rechtbank heeft de waarde van de niet geretourneerde apparatuur als uitgangspunt genomen voor de berekening van het voordeel. De rechtbank heeft de verkoopwaarde van de apparatuur geschat op 50% van de nieuwwaarde, in tegenstelling tot het rapport dat uitging van een lagere waarde. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen tot een bedrag van € 3.899,22, waarbij rekening is gehouden met de schadevergoedingen die de veroordeelde aan benadeelde partijen moet betalen.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie voor het overige afgewezen en de veroordeelde hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor het vastgestelde bedrag. De beslissing is genomen met inachtneming van de financiële omstandigheden van de veroordeelde, waarbij geen aanleiding is gezien om het bedrag te matigen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met mr. Y.M.J.I. Baauw-de Bruijn die buiten staat was om het vonnis mede te ondertekenen.