ECLI:NL:RBMNE:2015:2967

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
24 april 2015
Publicatiedatum
29 april 2015
Zaaknummer
16.700865-14 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verspreiding en bezit van kinderporno met betrekking tot minderjarige

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 24 april 2015 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het verspreiden en in bezit hebben van kinderporno. De verdachte heeft uit boosheid foto's van het slachtoffer op haar Facebook geplaatst, waardoor deze zichtbaar werden voor haar vrienden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 1 mei 2013 tot en met 22 april 2014 meerdere seksuele afbeeldingen heeft verspreid van een persoon die nog geen achttien jaar oud was. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één maand, waarbij het voorarrest in mindering wordt gebracht. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte niet eerder was veroordeeld voor soortgelijke feiten en dat er geen redenen waren om een deel van de straf voorwaardelijk op te leggen. De officier van justitie had een zwaardere straf geëist, maar de rechtbank vond de opgelegde straf passend gezien de omstandigheden van de zaak. De benadeelde partij, vertegenwoordigd door een advocaat, heeft een schadevergoeding gevorderd, maar de rechtbank heeft deze vordering niet-ontvankelijk verklaard omdat de verdachte van het onder 1 ten laste gelegde feit werd vrijgesproken. De rechtbank heeft ook beslist dat de in beslag genomen mobiele telefoon van de verdachte moet worden onttrokken aan het verkeer, omdat deze kan dienen tot het begaan van soortgelijke misdrijven. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Lelystad
Parketnummer: 16.700865-14 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 24 april 2015
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1992] te [geboorteplaats],
wonende [adres].

1.HET ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen, laatstelijk plaatsgevonden op 1, 2 en 13 april 2015. De verdachte is ter terechtzitting van 1 en 2 april 2015 verschenen, telkens bijgestaan door mr. J. Zevenboom, advocaat te Almere.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. C.P.D. van Kleef en van de standpunten door de raadsman van verdachte naar voren gebracht.

2.DE TENLASTELEGGING

De verdachte is, na een nadere omschrijving tenlastelegging d.d. 8 december 2014, ten laste gelegd dat:
1.
zij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 mei 2013 tot en met 07 juli 2013 te Almere en/of Lelystad en/of Winterswijk en/of Hengelo en/of Almelo en/of Zwolle en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal (telkens),
een ander, te weten [slachtoffer] (geboren op [1995])
(sub 2)
heeft/hebben geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest of opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer], terwijl deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,
en /of
(sub 5)
die [slachtoffer] ertoe heeft/hebben gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling
dan wel ten aanzien van die [slachtoffer] enige handeling(en) heeft/hebben ondernomen waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die [slachtoffer] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,
en/of
(sub 8)
opzettelijk voordeel heeft/hebben getrokken uit seksuele handelingen van die ander, te weten die [slachtoffer], met of voor een derde tegen betaling, terwijl die [slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens)
  • tegen die [slachtoffer] gezegd dat zij geld kon verdienen door dates met mannen te hebben en/of
  • die [slachtoffer] opgehaald bij haar verblijfadres en/of haar per auto en/of trein en/of taxi verder door Nederland vervoerd en/of
  • die [slachtoffer] enige tijd laten verblijven in een of meer woning(en) en/of een of meer hotel(s)) en/of
  • aan die [slachtoffer] de gelegenheid geboden in een of meer woning(en) en/of hotel(s) prostitutie te bedrijven en/of
  • aan die [slachtoffer] (een) werktelefoon(s) en/of instructies gegeven hoe prostitutie te bedrijven en/of
  • advertenties betrekking hebbende op die [slachtoffer] op de site kinky.nl geplaatst en/of
  • die [slachtoffer] drugs gegeven en/of
  • die [slachtoffer] bedreigd en/of mishandeld en/of zich agressief tegen die [slachtoffer] gedragen en/of tegen haar geschreeuwd en/of
  • alle, althans een (groot) deel van die prostitutieverdiensten van die [slachtoffer] afgepakt en/of aan hem/hun, verdachte en/of zijn mededader(s), laten afgeven door die [slachtoffer];
2.
zij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 mei 2013 tot en met 22 april 2014 te Almere en/of Lelystad en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging een ander of anderen, althans alleen
één of meermalen (telkens)
een of meer, althans een (groot) (aantal) afbeelding(en), te weten een of meer foto's
en/of (een) gegevensdrager(s) bevattende een of meer (een) afbeelding(en) (één of meer smartphone(s) en/of mobiele telefoon(s) met onder andere ook een film- en/of fotofunctie)
heeft verspreid en/of aangeboden en/of openlijk tentoongesteld en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of verworven en/of in bezit gehad,
en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt (te weten [slachtoffer] geboren op [1995]), was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt,
waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of opgemaakt is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) (die niet bij haar/hun leeftijd past/passen) en/of door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling;

3.DE VOORVRAGEN

Ten aanzien van het onder feit 2 ten laste gelegde heeft de raadsman bepleit de dagvaarding (partieel) nietig te verklaren, aangezien niet is voldaan aan de in artikel 261, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering gestelde eisen. Het bestanddeel “afbeelding van een seksuele gedraging” had nader gespecificeerd dienen te worden. Er is verzuimd om een of meer specifieke afbeeldingen in de tenlastelegging op te nemen en deze te beschrijven.
De officier van justitie heeft aangevoerd dat de tenlastelegging onder 2 aan alle wettelijke vereisten voldoet.
De rechtbank is van oordeel dat de wijze van ten laste leggen onder feit 2 voldoet aan de eisen gesteld in artikel 261, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, zodat er geen sprake is van (partiële) nietigheid van de dagvaarding op dat punt. De in de tenlastelegging beschreven afbeeldingen zijn beschreven in het zaaksdossier. Ter terechtzitting is ook niet gebleken dat verdachte niet wist waartegen zij zich moest te verdedigen. In casu had de officier van justitie de afbeeldingen bovendien ter terechtzitting aanwezig, zodat de verdediging in de gelegenheid is gesteld om de afbeeldingen te bekijken. De verdediging heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding ook overigens geldig is, en verder dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in haar vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.DE BEWIJSMIDDELEN EN DE BEOORDELING DAARVAN

Het standpunt van de officier van justitie
Feit 1.
De officier van justitie heeft vrijspraak van het ten laste gelegde gevorderd, aangezien niet blijkt dat verdachte op de hoogte was van de prostitutiewerkzaamheden van aangeefster in haar woning. Er is onvoldoende wettig bewijs om te komen tot medeplegen.
Feit 2.
De officier van justitie acht het ten last gelegde wettig en overtuigend bewezen. Bij verdachte zijn kinderpornografische foto’s aangetroffen op haar telefoon en tevens blijkt dat verdachte deze foto’s heeft verspreid.
Het standpunt van de verdediging
Feit 1.
De raadsman heeft vrijspraak van het ten laste gelegde bepleit. Er is geen sprake van een voor medeplegen vereiste bewuste en nauwe samenwerking gericht op de uitbuiting van aangeefster. Voorts ontbrak bij verdachte het oogmerk op de uitbuiting van aangeefster door aangeefster alleen maar huisvesting te bieden.
Feit 2.
De raadsman heeft vrijspraak van het ten laste gelegde bepleit, aangezien de verklaring van aangeefster onvoldoende is om aan te nemen dat aangeefster op de foto minderjarig was.
Het oordeel van de rechtbank [1]
Feit 1
De rechtbank is, evenals de officier van justitie en de verdediging, van oordeel dat onvoldoende is gebleken dat verdachte wetenschap had van de prostitutie van [slachtoffer] in haar woning. Evenmin is gebleken dat verdachte op enigerlei wijze een (wezenlijke) bijdrage heeft geleverd, waardoor [slachtoffer] zich beschikbaar heeft gesteld tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling, dan wel dat zij enig voordeel financieel voordeel heeft genoten. De rechtbank zal verdachte derhalve van het ten laste gelegde vrijspreken.
Feit 2
Bewijsoverweging
Uit het proces-verbaal van bevindingen blijkt dat op de Facebookpagina van verdachte post stond vermeld met een zestal foto’s. [2] Uit nader onderzoek blijkt dat de zes afbeeldingen op Facebook zijn gemaakt op of omstreeks juni of juli 2013. [3] De zesde foto betreft een foto van een jonge vrouw. De vrouw kijkt in de richting van de camera en is gekleed in een roodkleurig pakje, afgezet met witkleurig pluche langs de buste. De vrouw zit met haar benen uit elkaar. Door de positie van de camera en de houding van de vrouw, wordt de nadruk gelegd op de bedekte geslachtsdelen van de vrouw. [4]
Verdachte heeft bekend dat zij de hierboven omschreven foto van [slachtoffer] van [medeverdachte 1] ontving via WhatsApp. Vervolgens heeft verdachte de foto op haar Facebook geplaatst. [5]
De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsman dat niet blijkt dat [slachtoffer] op de foto minderjarig was. Uit de gegevens van Midhold B.V. blijkt dat de foto van [slachtoffer] is geüpload in juni 2013. [6] [slachtoffer] is geboren op [1995] en was in juni 2013 derhalve nog minderjarig.
De rechtbank acht het ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat:
2.
zij op tijdstippen in de periode van 01 mei 2013 tot en met 22 april 2014 te Lelystad,
een afbeelding, te weten een foto
heeft verspreid en/of openlijk tentoongesteld en/of in bezit gehad,
terwijl op die afbeelding (een) seksuele gedraging zichtbaar is, waarbij een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt (te weten [slachtoffer], geboren op [1995]), was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedraging - zakelijk weergegeven - bestond uit:
het gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt,
waarbij deze persoon gekleed is en/of poseert in (een)(erotisch getinte) houding (op een wijze die niet bij haar leeftijd past) en/of door het camerastandpunt nadrukkelijk de geslachtsdelen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en strekt tot seksuele prikkeling.
Van het onder 2 meer of anders ten laste gelegde zal verdachte worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet wettig en overtuigend bewezen acht.

6.KWALIFICATIE

Het bewezene levert op:
Feit 2.
Een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt is betrokken, verspreiden, openlijk tentoonstellen en in bezit hebben.

7.STRAFBAARHEID

Het feit en verdachte zijn strafbaar, nu geen feiten of omstandigheden zijn gebleken die die strafbaarheid zouden opheffen of uitsluiten.

8.STRAFOPLEGGING

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het door haar bewezen geachte feit zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen met aftrek overeenkomstig 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan een gedeelte van 130 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar met de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering alsmede een contactverbod met aangeefster [slachtoffer].
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich onthouden van een standpunt ten aanzien van een mogelijke strafoplegging.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder verdachte zich daaraan heeft schuldig gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht de rechtbank de na te noemen beslissing passend.
Verdachte heeft uit boosheid foto’s van [slachtoffer] op haar tijdslijn van Facebook geplaatst, waardoor haar vrienden deze foto’s konden zien. Hiermee heeft verdachte niet alleen de privacy van [slachtoffer] in ernstige mate geschonden, maar zich ook schuldig gemaakt aan het verspreiden, openlijk tentoonstellen en in bezit hebben van kinderporno.
Blijkens een op haar naam gesteld uittreksel justitiële documentatie d.d. 11 februari 2015, is verdachte niet eerder veroordeeld wegens een soortgelijk strafbaar feit.
Gelet op het bepaalde in artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht houdt de rechtbank bij het opleggen van de hierna te melden straf, rekening met de straf die aan verdachte is opgelegd bij vonnis van de politierechter Midden-Nederland d.d. 14 april 2014.
De rechtbank heeft acht geslagen op een de verdachte betreffend reclasseringsadvies d.d. 27 juni 2014 opgesteld door [A], reclasseringswerker van de Reclassering Nederland. Hieruit volgt onder meer dat verdachte een cognitieve beperking heeft in die zin dat zij moeilijk in staat lijkt om oorzaak en gevolg te overzien hetgeen maakt dat zij vaak pas achteraf inziet waar en wat er fout is gegaan. Geadviseerd is om een deels voorwaardelijke straf op te leggen met bijzondere voorwaarden.
Alles afwegend acht de rechtbank een gevangenisstraf van één maand een passende straf. De rechtbank ziet geen aanleiding een deel daarvan voorwaardelijk op te leggen, aangezien het door verdachte ondergane voorarrest de duur van één maand reeds te boven gaat.

9.BESLAG

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft de onttrekking aan het verkeer gevorderd van de in beslag genomen mobiele telefoon.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich onthouden van een standpunt.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat het op de beslaglijst vermelde voorwerp, te weten een mobiele telefoon, moet worden onttrokken aan het verkeer, omdat dit aan de verdachte toebehorende voorwerp bij gelegenheid van het onderzoek naar het door haar begane feit is aangetroffen, terwijl het voorwerp kan dienen tot het begaan of de voorbereiding van soortgelijke misdrijven en dit voorwerp van zodanige aard is dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet, nu niet met zekerheid gesteld kan worden dat de als kinderpornografisch aangemerkte foto definitief van de mobiele telefoon verwijderd kan worden.

10.DE BENADEELDE PARTIJ

Voor aanvang van de terechtzitting heeft [slachtoffer] – daartoe vertegenwoordigd door mr. A. Koopsen, advocaat te Alkmaar – zich als benadeelde partij in dit geding gevoegd en een vordering ingediend tot vergoeding van schade ten gevolge van het aan verdachte onder 1 ten laste gelegde feit. De hoogte van die schade wordt door de benadeelde partij begroot op een bedrag van € 13.300,00.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren, gelet op de gevorderde vrijspraak van het onder 1 ten laste gelegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit de benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk te verklaren, vanwege de bepleite vrijspraak van het onder 1 ten laste gelegde.
Het oordeel van de rechtbank
De benadeelde partij [slachtoffer] dient in de vordering niet-ontvankelijk te worden verklaard nu de verdachte van het haar onder 1 ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.

12.TOEPASSELIJKHEID WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 10, 27, 36b, 36c, 57, 63 en 240b van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

13.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart niet bewezen hetgeen onder 1 aan verdachte is ten laste gelegd en spreekt haar daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het onder 2 ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 5 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat onder 2 meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde feit strafbaar en kwalificeert dat zoals hierboven onder 6 is omschreven;
- verklaart verdachte strafbaar;
Strafoplegging
- veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
1 maand;
- bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
- verklaart onttrokken aan het verkeer het op de “Lijst van inbeslaggenomen voorwerpen” d.d. 26 februari 2015 vermelde voorwerp, te weten een telelens (Samsung Galaxy);
Benadeelde partij
- bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer] in haar vordering niet-ontvankelijk is en dat zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.A.C. Koster, voorzitter, mr. A. van Holten en mr. B. Fijnheer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.G. Dees, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 april 2015.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar doorgenummerde dossierpagina’s betreft dit delen van ambtsedige processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij het procesdossier 25Adrano met nummer 2013079370, bestaande uit diverse doorgenummerde ordners.
2.Pagina’s 1593 en 1594.
3.Pagina 1595 en 1597.
4.Pagina 1596.
5.De verklaring van verdachte G.D.E. Junker ter terechtzitting d.d. 1 april 2015 en pagina 730.
6.Pagina 1867.