ECLI:NL:RBMNE:2014:7549

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
30 december 2014
Publicatiedatum
29 juli 2015
Zaaknummer
16/661680-14 (ontneming)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak en afwijzing ontnemingsvordering wegens gebrek aan wederrechtelijk voordeel

In de ontnemingszaak met parketnummer 16/661680-14 heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 30 december 2014 uitspraak gedaan. De verdachte was eerder vrijgesproken van de hem ten laste gelegde feiten, namelijk het opzettelijk telen en aanwezig hebben van hennep en het stelen van elektriciteit in de periode van 27 februari 2013 tot en met 16 april 2014 te Vleuten. De rechtbank heeft vastgesteld dat, gezien de vrijspraak, niet kan worden aangetoond dat de verdachte wederrechtelijk voordeel heeft verkregen uit de feiten waarvoor hij was aangeklaagd. Hierdoor kon de vordering van de officier van justitie tot ontneming van het vermeende wederrechtelijk verkregen voordeel niet worden toegewezen.

Tijdens de zitting op 16 december 2014 zijn zowel de officier van justitie als de verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. M.M. Helmers, gehoord. De rechtbank heeft alle relevante stukken en het strafdossier in overweging genomen. De beslissing om de vordering af te wijzen is genomen op basis van de bevindingen tijdens het onderzoek en de vrijspraak die eerder was uitgesproken. De rechtbank concludeert dat er onvoldoende bewijs is om te stellen dat de verdachte voordeel heeft genoten van de strafbare feiten, wat leidt tot de afwijzing van de ontnemingsvordering.

De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter mr. S. Wijna en de rechters mrs. J.P.W. Helmonds en J.G. van Ommeren, in aanwezigheid van griffier mr. M.J.C.J. Evers. Het vonnis is openbaar uitgesproken op de zitting van 30 december 2014.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Sector strafrecht
Parketnummer: 16/661680-14 (ontneming)
beslissing van de rechtbank d.d. 30 december 2014
in de ontnemingszaak tegen
[veroordeelde] ,
geboren te [geboorteplaats] op [1981] ,
woonachtig aan de [adres]
raadsvrouw: mr. M.M. Helmers, advocaat te Utrecht

1.De procedure

De procedure blijkt onder meer uit de volgende stukken:
- de vordering, die binnen de in artikel 511b van het Wetboek van Strafvordering genoemde termijn aanhangig is gemaakt;
- het strafdossier onder parketnummer 16/661680-14 waaruit blijkt dat verdachte op 30 december 2014 door deze rechtbank is vrijgesproken van het hem ten laste gelegde feiten;
- de bevindingen tijdens het onderzoek ter terechtzitting d.d 16 december 2014;
- de overige stukken.
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting is de officier van justitie gehoord. Tevens is de verdachte gehoord, bijgestaan door zijn raadsvrouw.
Aan verdachte is – kort en feitelijk weergegeven – ten laste gelegd dat hij zich in de periode van 27 februari 2013 tot en met 16 april 2014 te Vleuten al dan niet samen met een ander schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk telen en aanwezig hebben van hennep en het in die periode al dan niet samen met een ander stelen van elektriciteit.
Verdachte is door de rechtbank bij vonnis van 30 december 2014 vrijgesproken van het haar ten laste gelegde feiten. Gelet op de deze vrijspraak kan niet worden vastgesteld dat verdachte wederrechtelijk voordeel heeft verkregen, zodat de vordering van de officier van justitie dient te worden afgewezen.

2.De beslissing

De rechtbank:
wijst de vordering van de officier van justitie, strekkende tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel, af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Wijna , voorzitter, mrs. J.P.W. Helmonds en J.G. van Ommeren, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.J.C.J. Evers, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 30 december 2014.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.