Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 15;
- de brief van mr. R.A. van Huussen van 28 juli 2014 met producties 1 tot en met 4;
- de mondelinge behandeling;
- de pleitnota van mr. R.A. van Huussen.
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Het door Fabrieksverkoop aangevoerde verweer dat de wettelijke verhoging in ieder geval dient te worden afgewezen ten aanzien van de maanden in het jaar 2013, omdat ten aanzien van deze maanden niet aan het vereiste van spoedeisendheid is voldaan, slaagt niet. Hiertoe wordt overwogen dat, hoewel de kantonrechter met Fabrieksverkoop van oordeel is dat de wettelijke verhoging over deze maanden niet spoedeisend is, de kantonrechter het, gelet op de omstandigheid dat de vorderingen van [eiser] grotendeels worden toegewezen, onredelijk acht om [eiser] enkel voor de wettelijke verhoging over de maanden gelegen in het jaar 2013 te verwijzen naar een bodemprocedure.
400,00(2 punten x tarief € 200,00)
- maandelijkse betaling van het rechtens geldende loon aan [eiser], steeds uiterlijk op de laatste dag van die betreffende maand;
- verstrekking aan [eiser] van de loonstrook van de betreffende maand, gelijktijdig met de voldoening van het aan [eiser] verschuldigde (rechtens geldende) loon over die maand, op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag, te rekenen vanaf de zesde dag na de laatste dag van de maand waarop de betreffende loonstrook betrekking heeft, met een maximum van € 1.000,00 per loonstrook, met dien verstande dat Fabrieksverkoop enkel verplicht is om een loonstrook te verstrekken indien zich een wijziging heeft voorgedaan ten opzichte van (de opbouw van) het loonbedrag van de voorgaande maand;
- betaling van de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW aan [eiser] over het vakantiegeld van de maand mei 2013 en over het loon over de maanden juli 2013, augustus 2013, maart 2014 en juni 2014, voor zover het vakantiegeld dan wel het loon niet uiterlijk op de derde werkdag na de laatste dag van de maand waarop het vakantiegeld dan wel het loon betrekking heeft aan [eiser] is voldaan;
- betaling aan [eiser] van de wettelijke rente over de wettelijke verhoging, vanaf de dag van verschuldigdheid van deze wettelijke verhoging tot de voldoening;