Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[verzoeker], verzoeker,
Vereniging tot behoud van natuurmonumenten, te Biddinghuizen, verschenen bij ing. [A], ir. [B] en [C].
Procesverloop
Overwegingen
Indien iemands perceel niet direct grenst aan de locatie waarop het besluit ziet, zoals in dit geval, dan geldt dat de afstand tussen beide percelen gering moet zijn om te kunnen spreken van een ontwikkeling “in de onmiddellijke nabijheid” van desbetreffend perceel die de status van belanghebbende verschaft. In deze gevallen vormt - onder andere - het zichtcriterium een hulpmiddel. Ontbreekt zicht op de locatie waarop het besluit ziet, dan leiden afstanden groter dan zo’n 100 meter over het algemeen niet tot het aannemen van belanghebbendheid en wordt soms ook in geval van nog kleinere afstanden geen belanghebbendheid aangenomen.
De voorzieningenrechter acht voorts van belang dat de uitstraling van de vergunde werkzaamheden op de omgeving, en meer in het bijzonder op de woning van verzoeker, erg beperkt is. Daarbij is van belang dat de vergunning ziet op de activiteit aanleggen en dat op basis van die vergunning enkele grondwerkzaamheden zijn toegestaan. De vergunde watergangen, greppels en poel zullen vanuit de woning van verzoeker niet te zien zijn. De vergunde voorzieningen hebben niet of nauwelijks een ruimtelijke uitstraling. Er wordt immers niet gebouwd en er zal geen wijziging plaatsvinden in de verkeerssituatie ter plaatse. De stelling van verzoeker dat realisering van de werkzaamheden en de beoogde vernatting van de weidegrond zal leiden tot een toename van ongedierte (muggen en bruine rat), ook bij zijn woning, is niet onderbouwd.