ECLI:NL:RBMID:2012:BZ3842
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Eigendom en onderhoud van individueel behandelingssysteem afvalwater in relatie tot rioolheffing
In deze zaak heeft de Rechtbank Middelburg op 18 december 2012 uitspraak gedaan over de rioolheffing die aan belanghebbende was opgelegd door de gemeente Sluis. De rechtbank oordeelde dat belanghebbende, door de aankoop van zijn woning, eigenaar was geworden van het op de grond aanwezige individueel behandelingssysteem afvalwater (IBA) door natrekking. Dit betekende dat er geen zakelijk recht van opstal was gevestigd op de grond, waardoor de opstalovereenkomst tussen de gemeente en de vorige eigenaar van de woning belanghebbende niet kon binden. De rechtbank concludeerde verder dat de IBA niet kon worden aangemerkt als een gemeentelijke voorziening voor de inzameling, verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, wat leidde tot de conclusie dat belanghebbende geen rioolheffing verschuldigd was.
De rechtbank verklaarde het beroep van belanghebbende gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar en de aanslag rioolheffing, en veroordeelde de heffingsambtenaar tot vergoeding van de proceskosten van belanghebbende. De uitspraak volgde op een zitting waar belanghebbende en zijn echtgenote aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van de heffingsambtenaar. De rechtbank benadrukte dat de overeenkomst tussen de gemeente en de vorige eigenaar geen rechtsgevolgen had voor belanghebbende, en dat de gemeente geen verplichtingen had ten aanzien van het onderhoud van de IBA. De rechtbank gaf aan dat belanghebbende geen rioolheffing verschuldigd was, omdat hij niet loost op het gemeentelijke rioleringsstelsel.
Tegen deze uitspraak staat voor partijen het recht om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 249,36, inclusief reiskosten en verletkosten van belanghebbende. De uitspraak is openbaar gemaakt en de griffier heeft een afschrift van de uitspraak op 27 december 2012 aan de partijen verzonden.