ECLI:NL:RBMID:2010:BM3350
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van een overeenkomst en schadevergoeding in een civiele procedure
In deze civiele procedure vorderde Veldman, een intermediair en leasingbedrijf, de ontbinding van een overeenkomst die op 2 februari 1999 was gesloten met gedaagden, en veroordeling tot schadevergoeding van € 106.733,33. De overeenkomst betrof de verhuur van textielgoederen en was oorspronkelijk voor vijf jaar aangegaan. Veldman stelde dat de overeenkomst automatisch was verlengd omdat gedaagden deze niet tijdig hadden opgezegd. Gedaagden, waaronder een directeur van een besloten vennootschap, voerden aan dat de overeenkomst rechtsgeldig was opgezegd door een derde partij, Fletcher Hotel Exploitaties B.V., en dat zij niet aansprakelijk waren voor de verplichtingen uit de overeenkomst.
De rechtbank oordeelde dat de opzegging door Fletcher niet rechtsgeldig was, omdat Fletcher geen partij was bij de overeenkomst en de opzegtermijn niet in acht was genomen. De rechtbank concludeerde dat de overeenkomst nog steeds van kracht was en dat gedaagden tekort waren geschoten in de nakoming door de overeenkomst eenzijdig te beëindigen. De rechtbank wees de vordering tot ontbinding van de overeenkomst toe en oordeelde dat gedaagden schadevergoeding moesten betalen aan Veldman.
De rechtbank hield verdere beslissingen aan en verwees de zaak naar de rolzitting om Veldman in de gelegenheid te stellen aanvullende stukken in te dienen en te reageren op de opmerkingen van gedaagden. De zaak benadrukt de noodzaak van tijdige opzegging en de gevolgen van contractuele verplichtingen in het civiele recht.