ECLI:NL:RBMID:2002:AE3800
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzekeringsplicht voor personeel van gedoogde coffeeshops en de geldigheid van arbeidsovereenkomsten
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Middelburg op 15 april 2002, staat de vraag centraal of de eiser, die coffeeshops exploiteert in de gemeenten Z en Y, verzekeringsplicht heeft voor zijn personeel onder de werknemersverzekeringen. De eiser, vertegenwoordigd door mr. drs. G.A.C. Beckers, heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV GAK), waarin werd gesteld dat hij premies verschuldigd is voor zijn werknemers. De rechtbank heeft vastgesteld dat de coffeeshops van eiser gedoogd worden en voldoen aan de AHOJG-criteria, maar dat de verkoop van softdrugs in deze coffeeshops in strijd is met de wet. Eiser betoogt dat de arbeidsovereenkomsten met zijn personeel nietig zijn op grond van artikel 3:40, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, omdat deze in strijd zouden zijn met de openbare orde.
De rechtbank heeft overwogen dat, hoewel de verkoop van softdrugs in strijd is met de wet, de arbeidsovereenkomsten niet in strijd zijn met de openbare orde. De rechtbank verwijst naar eerdere uitspraken van de Centrale Raad van Beroep, waarin werd geoordeeld dat de verkoop van softdrugs in een gedoogde coffeeshop niet leidt tot strafvervolging en derhalve niet in strijd is met de openbare orde. De rechtbank concludeert dat de arbeidsovereenkomsten tussen eiser en zijn werknemers voldoen aan de voorwaarden voor een privaatrechtelijke dienstbetrekking, zoals de gezagsverhouding, loon en persoonlijke arbeidsverrichting.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de eiser wel degelijk verzekeringsplicht heeft voor zijn personeel, omdat aan alle voorwaarden voor een privaatrechtelijke dienstbetrekking is voldaan. De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, waarmee de beslissing van het UWV GAK wordt bevestigd. Deze uitspraak is van belang voor de rechtspositie van werknemers in de gedoogde coffeeshopsector en de vraag naar de geldigheid van arbeidsovereenkomsten in deze context.