ECLI:NL:RBMAA:2011:BT2668
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot machtiging voor opname in psychiatrisch ziekenhuis op eigen verzoek
Op 6 september 2011 heeft de Rechtbank Maastricht uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek tot machtiging voor opname in een psychiatrisch ziekenhuis op eigen verzoek van betrokkene, geboren in 1939. De officier van justitie had op 18 augustus 2011 een verzoekschrift ingediend, waarin werd verzocht om betrokkene, die gediagnosticeerd is met een stoornis in haar geestvermogens, op te nemen in een psychiatrisch ziekenhuis. Bij dit verzoekschrift was een geneeskundige verklaring van psychiater drs. K. Windeln gevoegd, evenals een behandelingsplan dat samen met betrokkene was opgesteld.
Tijdens de mondelinge behandeling op 6 september 2011 zijn de advocaat van betrokkene, mr. L.E.M. Hendriks, en een sociaal-psychiatrisch verpleegkundige, R. Hendriks, gehoord. Betrokkene zelf was niet verschenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de machtiging op eigen verzoek, zoals bedoeld in artikel 32 van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz), alleen kan worden verleend als er sprake is van een (aanvankelijke) bereidheid van betrokkene om in een psychiatrisch ziekenhuis een behandeling te ondergaan.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat er onvoldoende zekerheid bestaat dat betrokkene de aan haar gestelde voorwaarden zal naleven, zoals het onthouden van alcoholgebruik en het innemen van medicatie. Bovendien is er sprake van een verslechtering van haar geestelijke toestand, waardoor de rechtbank van oordeel is dat niet is voldaan aan de gronden voor de gevraagde machtiging. Het verzoek is dan ook afgewezen. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden.