Uitspraak
Uitspraak van de enkelvoudige kamer van 31 januari 2025 in de zaak tussen
[de vennootschap] , uit [vestigingsplaats] , hierna: de vennootschap,
de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
directmoet worden gemeld. Vanuit het oogpunt van de vennootschap is het ongeval direct gemeld. Het ongeval vond op vrijdagmiddag plaats. Pas vrijdagavond zijn de interne verwondingen van slachtoffer gebleken in het ziekenhuis. Omdat het de volgende dinsdag koningsdag was, was vrijwel iedereen in het bedrijf vrij op maandag. Zodoende geldt woensdag als de eerst volgende werkdag en op die woensdag (28 april 2021) is het ongeval ook gemeld. In dit geval was ook geen onderzoek op de plaats van het ongeval nodig waardoor het onderzoek niet in het geding gekomen is door de melding enkele dagen later. De vennootschap heeft het ongeval niet moedwillig laat gemeld en heeft daar ook geen belang bij. Voor overige standpunten verwijst de vennootschap naar haar zienswijze.
in ieder geval bijna2,50 meter hoogte, maakt dat naar het oordeel van de rechtbank van valgevaar kan worden gesproken.
directte melden als zij er mee bekend wordt dat een ziekenhuisopname plaatsvindt. [4] De vennootschap stelt dat het onduidelijk is wat direct melden betekent en stelt het ongeval wel direct gemeld te hebben. Ook zonder verdere verduidelijking met geldende termijnen is de rechtbank echter van oordeel dat artikel 9, eerste lid, Arbowet hierin voldoende duidelijk is. [5] De betekenis van het woord direct is naar het oordeel van de rechtbank niet onduidelijk en staat gelijk aan
zonder uitstelen
onmiddellijk. [6] De rechtbank merkt hierbij ook op dat de vennootschap niet, zoals zij zelf stelt, de volgende werkdag de melding heeft gemaakt. Dat zou namelijk op 26 april 2021 geweest zijn. Daar doet niet aan af dat veel werknemers van de vennootschap vrij waren op die dag in verband met koningsdag op 27 april 2021. De stelling dat de minister niet in zijn belang geschaad is om onverwijld onderzoek te doen, omdat er in dit geval geen onderzoek op de plaats van het ongeval nodig was, doet niet aan af aan het oordeel van de rechtbank. Als aan de voorwaarden van artikel 9, eerst lid, van de Arbowet voldaan wordt,
moetdirect een melding gedaan worden. Dat de minister gehinderd wordt bij het onderzoek als niet direct een melding plaatsvindt, is niet in de voorwaarden van de meldplicht terug te vinden en staat daarmee los van die meldplicht. Deze beroepsgrond slaagt derhalve niet.
Conclusie en gevolgen
€ 14.025,-.
Beslissing
B.A.E.I. van Hooff, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 31 januari 2025