Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Het verloop van de procedure
- de voordracht van de rechter-commissaris met bijlagen, ter griffie ontvangen op
- de brief van 8 juli 2025 van de griffier aan de curator en [naam failliet] waarin dezen zijn opgeroepen voor de zitting van 15 juli 2025,
- de brief van 8 juli 2025 van de griffier aan de rechter-commissaris, met een kennisgeving van de zittingsdatum,
- de zitting van 15 juli 2025.
- de brief van 27 augustus 2025 van de griffier aan de curator en aan [naam failliet] (die op dat moment verbleef in de P.I. te [locatie PI] ) waarin deze zijn opgeroepen voor de zitting van 8 oktober 2025,
- de brief van 27 augustus 2025 van de griffier aan de rechter-commissaris, met een kennisgeving van de nieuwe zittingsdatum,
- de zitting van 8 oktober 2025.
- de curator,
- [naam failliet] .
2.De beoordeling
[naam failliet] van zijn bankrekening in de periode 25 december 2023 tot en met 23 januari 2025, een overzicht (lijst) van de debiteuren alsmede de onderliggende documenten, de vraag of het bedrijfspand door de vader van [naam failliet] is ingebracht in de v.o.f. en uitleg over onttrokken bedrijfsmiddelen van de v.o.f. De curator heeft vergeefs meermaals pogingen ondernomen om van [naam failliet] medewerking te verkrijgen. Daarnaast is [naam failliet] niet verschenen op het faillissementsverhoor op 23 juni 2025, terwijl hij zowel schriftelijk als mondeling van het verhoor op de hoogte is gesteld.