Uitspraak
RECHTBANK Limburg
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met de producties 1 en 2,
- de spreekaantekeningen van de Parochie.
2.De feiten
Verkoper verkoopt de woning onder het beding dat koper, indien hij de woning binnen 5 jaar na
(…) Uit vorenvermelde volgt dat cliënte thans aanspraak maakt op € 105.393,70. Door u is voldaan een bedrag van € 50.357,02. Hiermee resteert nog een te betalen bedrag van € 55.036,68.
3.Het geschil
uitgevoerde verbouwingen” in artikel 21 koopovereenkomst ruim moet worden uitgelegd en dat de door hem overgelegde facturen die kosten voldoende onder-bouwen. [gedaagde] stelt laatstelijk dat met volgende kosten rekening moet worden gehouden:
4.De beoordeling
uitgevoerde verbouwingen” en “
a.d.h. van rekeningen aantoonbaar” van artikel 21 koopovereenkomst. Gelet hierop zal de rechtbank voor de uitleg van die bestanddelen de Haviltex-maatstaf (HR 13 maart 1981, ECLI:NL:HR:1981:AG4158) toepassen. De uitleg van de bestanddelen is bij die toepassing mede afhankelijk van de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan die bestanddelen in artikel 21 van de koopovereenkomst mochten toekennen en wat zij daarover redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Bij deze uitleg dient de rechter rekening te houden met alle bijzondere omstandigheden van het gegeven geval, gewaardeerd naar hetgeen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid met zich brengen.
uitgevoerde verbouwingen” betekent: werkzaamheden waarmee een blijvende constructieve of anderszins bouwkundige wijziging van de woning en/of aanhorigheden is uitgevoerd en welke hebben geleid tot vermeerdering van de waarde van het betreffende onroerende goed.
a.d.h. van rekeningen aantoonbaar”
A.d.h. van rekeningen aantoonbaar” houdt in dat de koper ervoor dient zorg te dragen dat de verkoper aan de hand van facturen een zekere controleer-baarheid heeft van de door de koper gestelde kosten voor uitgevoerde verbouwingen die in mindering strekken op de verkoopsom. Een factuur van een aannemer waaruit de verbou-wing en de kosten daarvoor voldoende blijkt is in beginsel voldoende. Een (verzamel-) factuur van een aannemer, waarin enkel wordt verwezen naar verbouwingsfacturen, zonder dat de verkoper inzage heeft gekregen in die onderliggende facturen, is onvoldoende.
A.d.h. van rekeningen aantoonbaar” op een zekere controleerbaarheid door verkoper van de door koper gestelde verbouwingskosten en die controle is niet mogelijk aan de hand van een niet gespecificeerde ‘verzamelfactuur’. Evenmin laat de factuur zien welke verbouwingen zijn gedaan. De Parochie heeft het beroep op die factuur dan ook terecht verworpen. Ook het door [gedaagde] op 7 februari 2022 aan de Parochie gemailde overzicht van zijn hand – waarin kennelijk per abuis [adres 2] / [adres 3] in plaats van [adres 1] / [adres 2] is vermeld – is onvoldoende ter onderbouwing van de uitgevoerde verbouwingen. Nog afgezien van het feit dat het geen factuur betreft, maakt ook dat overzicht onvoldoende de concrete werkzaamheden, materialen en kosten inzichtelijk, temeer nu dit overzicht kennelijk ook cosmetische verbeteringen aan de woningen betreft en die zijn, zoals hiervoor reeds is overwogen, niet relevant.
5.De beslissing
woensdag 16 oktober 2024om [gedaagde] in de gelegenheid te stellen een akte in te dienen waarin hij zich uitlaat over wat er volgens hem aan verbouwingen heeft plaatsgevonden, als bedoeld in rechtsoverweging 4.16,
vier weken nadat [gedaagde] zijn akte heeft genomenom de Parochie in de gelegenheid te stellen bij antwoordakte gemotiveerd op de bovenstaande akte van [gedaagde] te reageren,