In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Limburg op 10 juli 2024 uitspraak gedaan in een incident tot tussenkomst. Solar Concept B.V. heeft een hoofdzaak aangespannen tegen een gedaagde partij, waarbij zij betaling van een bedrag van € 27.622,61 vordert voor geleverde diensten. In het incident hebben twee andere partijen, Perpetual Holding B.V. en een andere besloten vennootschap, verzocht om tussenkomst in de hoofdzaak. Zij stellen dat zij schade hebben geleden door wanprestatie van Solar Concept en willen hun vorderingen tegen Solar Concept inbrengen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de vordering tot tussenkomst moet worden afgewezen. De rechtbank concludeert dat de verzoekende partijen onvoldoende belang hebben aangetoond voor hun tussenkomst, aangezien de geschillen tussen Solar Concept en de gedaagde partij niet direct hun belangen raken. De rechtbank heeft ook overwogen dat de vorderingen van de verzoekende partijen niet voldoende zijn onderbouwd en dat de uitkomst van de hoofdzaak geen gezag van gewijsde heeft voor hun rechtsrelatie. De rechtbank heeft de verzoekende partijen veroordeeld in de proceskosten van het incident, begroot op € 614,00, maar heeft de proceskosten tussen hen en de gedaagde partij gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.