ECLI:NL:RBLIM:2023:784
Rechtbank Limburg
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Samenloop van opzegging wegens langdurige ziekte en het bereiken van de pensioenleeftijd met betrekking tot transitievergoeding
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 1 februari 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer en zijn werkgever over de opzegging van de arbeidsovereenkomst. De werknemer, die sinds 31 januari 2005 in dienst was als dakdekker, was sinds 10 juni 2020 arbeidsongeschikt door ziekte. De werkgever heeft de arbeidsovereenkomst opgezegd per 21 juli 2022, de datum waarop de werknemer de pensioengerechtigde leeftijd bereikte. De werknemer verzocht om een transitievergoeding, omdat hij van mening was dat de opzegging niet rechtsgeldig was en dat de arbeidsovereenkomst beëindigd had moeten worden vanwege langdurige arbeidsongeschiktheid. De kantonrechter oordeelde dat goed werkgeverschap vereist dat de meest gunstige opzegging voor de werknemer wordt gehanteerd. Dit betekent dat de werkgever de arbeidsovereenkomst had moeten beëindigen op basis van de langdurige ziekte, wat recht zou geven op een transitievergoeding. De kantonrechter wees de vorderingen van de werknemer af, omdat de opzegging op basis van de pensioenleeftijd rechtsgeldig was en de werknemer geen recht had op de transitievergoeding. De werkgever had ook een tegenverzoek ingediend voor schadevergoeding, omdat de werknemer niet aan zijn verplichtingen had voldaan, maar dit werd eveneens afgewezen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat elke partij zijn eigen kosten droeg.