ECLI:NL:RBLIM:2023:7493

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
22 december 2023
Zaaknummer
10664107 \ CV EXPL 23-3556
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake geldlening en vernietiging van vaststellingsovereenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 20 december 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VIA CAPITAL B.V. en een gedaagde partij, die in conventie en reconventie betrokken was. De eiser, VIA CAPITAL, vorderde betaling van een bedrag van € 17.515,00, vermeerderd met contractuele rente van 8% per jaar, op basis van een vaststellingsovereenkomst (VSO) die op 20 april 2018 was ondertekend. De gedaagde partij betwistte de rechtsgeldigheid van de VSO en voerde aan dat deze onder invloed van dwaling en bedrog tot stand was gekomen. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde partij niet had aangetoond dat er sprake was van dwaling of bedrog en dat de VSO dwingende bewijskracht had. De kantonrechter wees de vordering van VIA CAPITAL toe en veroordeelde de gedaagde partij in de proceskosten. In reconventie werd de vordering van de gedaagde partij afgewezen, en ook zij werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10664107 \ CV EXPL 23-3556
Vonnis van de kantonrechter van 20 december 2023 (bij vervroeging)
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VIA CAPITAL B.V.,
gevestigd te Maastricht,
eisende partij in conventie, verweerder in reconventie,
gemachtigde mr. J.J.M. Goumans,
tegen:
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
wonend te [woonplaats] ,
gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie,
gemachtigde mr. L.M.L. van Berkel.
Partijen zullen hierna Via Capital en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie en de incidentele vordering,
  • de akte in conventie en van antwoord in reconventie, tevens houdende de incidentele conclusie van antwoord,
  • het vonnis in het incident van de rechtbank Amsterdam van 9 augustus 2023, waarbij de zaak in de stand waarin die zich bevond is verwezen naar de kamer voor kantonzaken van deze rechtbank,
  • de beslissing waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 30 november 2023.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft een overeenkomst van geldlening getekend, met datum 1 mei 2017, waarin staat dat zij van Via Capital een bedrag heeft geleend van € 13.000,00 met een rente van 0,5% per maand.
2.2.
Door Via Capital zijn voorafgaand aan het tekenen van deze overeenkomst, op 27 februari 2017, betalingen gedaan vanaf haar bankrekening naar de zakelijke rekening van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van tweemaal € 5.000,00.
2.3.
Op 18 april 2017 had Via Capital vanaf haar bankrekening een betaling gedaan aan BSGW van € 2.909,36 zijnde het openstaande saldo van een schuld van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan BSGW.
2.4.
Op 25 mei 2017 heeft Via Capital een bedrag van € 3.500,00 overgemaakt naar de rekening van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onder de omschrijving “lening”.
2.5.
Blijkens een door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ondertekende nieuwe overeenkomst van geldlening met datum 25 mei 2017, bedroeg het bedrag aan lening van Via Capital aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op dat moment in totaal € 16.500,00, waarover een rente van 0,5% per maand werd overeengekomen.
2.6.
Op 20 april 2018 hebben partijen een vaststellingsovereenkomst (hierna: de VSO) getekend, waarbij de vordering van Via Capital op [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] per 1 april 2018 met inbegrip van opgelopen rente en kosten is vastgesteld op € 17.515,00, welk bedrag [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bij die
overeenkomst erkend heeft verschuldigd te zijn aan Via Capital. In artikel 2 van die
overeenkomst is de rente vastgesteld op 8% per jaar, te berekenen vanaf 1 april 2018.
2.7.
In artikel 3 van deze VSO staat dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] deze schuld op annuïteitsbasis in 84
opeenvolgende mandtermijnen van ieder € 272,99 zou voldoen, voor de eerste maal op
30 april 2018. In artikel 6 is bepaald dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van rechtswege in verzuim is zonder dat aanmaning of ingebrekestelling nodig is wanneer zij nalatig is met de betaling van één termijn.
2.8.
In artikel 14 van de VSO is de Rechtbank Limburg, locatie
Maastricht met uitsluiting van iedere andere rechter bevoegd verklaard om in eerste
aanleg van een geschil tussen partijen kennis te nemen.
2.9.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft geen enkele termijn van de in de VSO genoemde 84 termijnen aan Via Capital betaald.
2.10.
Op 29 maart 2023 heeft de raadsvrouwe van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bij brief aan Via Capital een beroep gedaan op dwaling en bedrog bij het tekenen van de VSO en deze buitengerechtelijk vernietigd.

3.Het geschil in conventie en in reconventie

3.1.
Via Capital vordert - samengevat - [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen tot betaling van
€ 17.515,00, te vermeerderen met de contractuele rente van 8% per jaar, vanaf 1 april 2018 tot de dag van voldoening en met veroordeling van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de proceskosten.
3.2.
Deze vordering is gegrond op de VSO waarvan Via Capital nakoming vordert.
3.3.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert verweer tegen de vordering en vordert om voor recht te verklaren dat de VSO rechtsgeldig buitengerechtelijk is vernietigd, dan wel deze alsnog te vernietigen.
3.4.
Via Capital voert op haar beurt verweer tegen de vordering van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling in conventie en in reconventie

in conventie
Het verweer van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]
4.1.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft niet betwist dat zij de leningsovereenkomsten en de VSO heeft ondertekend. Ook heeft zij niet betwist dat Via Capital stortingen op haar rekening heeft gedaan en haar schuld bij BSGW heeft voldaan.
Zij heeft wel betwist dat wat in de leningsovereenkomsten en de VSO staat, waar is. Zij voert aan dat zij een kapsalon heeft gehad in [plaats] , dat haar administratie werd gedaan door Via Finance, door de persoon van de heer [naam] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] had alleen contante opbrengsten en bracht die naar [naam] , die deze zou storten op haar zakelijke rekening. [naam] heeft misbruik gemaakt van haar situatie en bij die stortingen “lening” vermeld. Met Via Capital had zij geen rechtsverhouding. De heer [naam bestuurder] , die destijds de statutair bestuurder was van Via Capital heeft zij nog nooit ontmoet. Op 18 april 2018 heeft [naam] gevraagd of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de avonduren naar zijn kantoor kon komen. Daar heeft hij haar een reeks documenten laten tekenen met als toelichting dat dit voor de belasting was. Als zij had geweten wat daarin had gestaan, had zij deze overeenkomsten niet getekend. Ze had die stukken vooraf niet gezien en heeft ook geen exemplaar meegekregen. Na het tekenen van de VSO is ze ook niet meer tot betaling aangesproken, tot het uitbrengen van de dagvaarding. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft voorts betwist dat Via Capital daadwerkelijk geld aan haar heeft geleend. De heer [naam] was niet bevoegd de VSO namens Via Capital te ondertekenen en de lening komt in de jaarstukken van Via Capital niet voor.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft verzocht de vordering af te wijzen en anders het toe te wijzen bedrag te matigen.
De reactie van Via Capital
4.2.
Via Capital heeft de stellingen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betwist. Zij erkent dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] alleen contante opbrengsten had, maar betwist dat die aan de heer [naam] werden afgedragen om te worden overgemaakt naar de zakelijke rekening. Omdat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veel schulden had, heeft Via Capital haar willen helpen door die schulden te betalen middels een lening. Steeds als er geld werd geleend door Via Capital aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is een leningsovereenkomst opgesteld en getekend. De VSO is een paar dagen na ondertekening door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en [naam] , ook door de heer [naam bestuurder] getekend en vervolgens door de heer [naam] persoonlijk aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] overhandigd. De inhoud van die overeenkomst is wel tien keer met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] besproken. Na het ondertekenen van de VSO heeft [naam] [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] meerdere keren via de mail aangemaand om de VSO na te komen. Op een gegeven moment was [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vertrokken uit [plaats] en onvindbaar. Naast Via Capital had ook Via Finance een grote vordering op [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . [naam] was en is statutair bestuurder van Via Finance en inmiddels ook van Via Capital. Over de vordering van Via Finance is een procedure gevoerd voor de kantonrechter van deze rechtbank. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betwistte in die procedure de handtekening onder de VSO. Na een deskundigenonderzoek waarin werd vastgesteld dat het wel de handtekening van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was op die VSO, werd de vordering toegewezen. Ook dit vonnis is moeilijk te executeren. Daarom is door Via Capital buitengerechtelijk niet veel actie ondernomen om de onderhavige vordering te innen.
Het oordeel van de kantonrechter
4.3.
De vordering is gegrond op nakoming van de op 20 april 2018 door partijen ondertekende VSO, waarin staat dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan Via Capital verschuldigd is een bedrag van € 17.515,00, dat daarover vanaf 1 april 2018 rente verschuldigd is van 8% per jaar, dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] deze schuld zal betalen in 84 opeenvolgende termijnen van € 272,99 per maand, vanaf 30 april 2018, steeds op de laatste dag van iedere kalendermaand. Ook staat hierin dat als [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nalatig is met de betaling van één enkele termijn, zij in verzuim is zonder dat een ingebrekestelling nodig is. Via Capital heeft dan het recht om het gehele nog verschuldigde bedrag ineens op te eisen.
4.4.
Het verweer van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat [naam] , die deze VSO namens Via Capital heeft getekend, destijds niet vertegenwoordigingsbevoegd was, faalt. De heer [naam bestuurder] , destijds bestuurder van Via Capital, heeft (in een als productie 13 overgelegde verklaring) verklaard dat het sluiten van de VSO zijn instemming had EN dat hij deze overeenkomst later ook heeft mede ondertekend.
4.5.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft niet betwist dat zij de VSO heeft ondertekend. Dat maakt dat de VSO op grond van het bepaalde in artikel 157 tweede lid van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tussen partijen dwingende bewijskracht heeft.
Is de VSO vernietigbaar wegens dwaling/bedrog?
4.6.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft een beroep gedaan op de vernietigbaarheid van de VSO omdat die onder invloed van dwaling of bedrog tot stand is gekomen. Het enige echter wat zij daarover heeft aangevoerd is dat de heer [naam] haar dit stuk ter ondertekening heeft voorgelegd, dat zij daarvan van te voren geen kennis heeft kunnen nemen en ook geen exemplaar mee heeft gekregen. De VSO zou aan haar gepresenteerd zijn als “stukken voor de belastingaangifte”. Zij zegt dat als zij wel bekend was geweest met de inhoud van deze stukken, zij die niet had ondertekend.
Dit verweer kan niet slagen. In de eerste plaats is dit betwist door Via Capital, zoals onder meer blijkt uit de als productie 15 overgelegde e-mail van [naam] aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 23 mei 2018 waarin hij schrijft dat hij en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de inhoud van de VSO niet 5, maar minstens 10 keer besproken hebben. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is niet verschenen op de mondelinge behandeling. Daar had zij kunnen reageren op deze mail en haar standpunt verder kunnen toelichten. Nu zij niet is gekomen, geldt deze mail als onweersproken. Overigens valt niet in te zien waarom [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de VSO niet zou hebben kunnen lezen voordat zij die ondertekende. De VSO beslaat 3 pagina’s en is in duidelijke taal geschreven. Dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ervoor gekozen heeft deze VSO niet te lezen voordat zij die tekende, is een omstandigheid die, zelfs al kwam hij vast te staan, voor haar rekening moet blijven. Op geen enkele wijze is aannemelijk geworden dat er bij het tekenen van de VSO sprake is geweest van dwaling of bedrog.
4.7.
De door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ingeroepen vernietiging is dan ook niet op juiste gronden gedaan. De VSO bestaat nog steeds en levert dwingend bewijs op van de stelling dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een bedrag van € 17.515,00 aan Via Capital verschuldigd is.
4.8.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] mag daartegen wel tegenbewijs leveren, maar zij is daar niet in geslaagd. Zij heeft betwist dat de bedragen die Via Capital naar haar rekening heeft overgemaakt onder de vermelding van “lening” daadwerkelijk leningen betroffen. Zij stelt dat het voor haar “onduidelijk is waarom deze zijn gestort” en vraagt zich af “waarom iemand zomaar bedragen aan haar zou voldoen”. Zij stelt ook dat zij vele contante bedragen heeft gegeven aan de heer [naam] en dat “het erop lijkt dat [naam] deze vanuit een andere B.V. heeft gestort met een onjuiste omschrijving om hier later aanspraak op te kunnen maken”.
Dit alles overtuigt niet. Via Capital heeft op 20 februari 2017 tweemaal € 5.000,00 onder de omschrijving van “lening” overgemaakt naar [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . Zij heeft op 18 april 2017 ten behoeve van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een bedrag van € 2.909,36 betaald aan BSGW. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft op 1 mei 2017 een overeenkomst van geldlening ondertekend voor het bedrag van afgerond
€ 13.000,00. Op 25 mei 2017 heeft Via Captital nogmaals € 3.500,00 onder de omschrijving van “lening” naar [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] overgemaakt. Op 25 mei 2017 heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een geldleningsovereenkomst voor een bedrag van in totaal € 16.500,00 getekend. Daarna is in april 2018 de VSO ondertekend waarvan in deze procedure de nakoming wordt gevorderd.
De leningsovereenkomsten sluiten derhalve aan bij de gestorte bedragen en de betaling aan BSGW. Uit niets valt af te leiden dat deze stortingen eigenlijk de contante omzetten van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betroffen.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft daar, behalve niet-onderbouwde aantijgingen, geen enkel bewijs tegenover gesteld. Zij is er niet in geslaagd de dwingende bewijskracht van de VSO te ontkrachten.
4.9.
De vordering van Via Capital wordt dan ook toegewezen. De vordering is gegrond op nakoming van een overeenkomst. Voor matiging van het toe te wijzen bedrag, zoals door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verzocht, bestaat geen wettelijke grondslag.
Proceskosten:
4.10.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de procedure. Aan de zijde van Via Capital worden die kosten begroot op:
Griffierecht in Amsterdam na herberekening : € 1.384,00
Explootkosten: € 107,32
Gemachtigdensalaris: 2 punt * € 396,00
€ 792,00
Totaal € 2.283,32
4.11.
Bij een separate veroordeling in de nakosten bestaat geen belang nu de proceskostenveroordeling die kosten omvat (HR 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853 rov 2.3)
in reconventie
4.12.
Uit de overwegingen onder 4.6. en 4.7. van dit vonnis volgt dat de vordering in reconventie wordt afgewezen.
4.13.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure in reconventie. De kosten aan de zijde van Via Capital worden begroot op € 198,00 (1/2 punt gemachtigdensalaris).
4.14.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

5.De beslissing in conventie en in reconventie

De kantonrechter
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] om tegen een behoorlijk bewijs van kwijting aan Via Capital te betalen een bedrag van € 17.515,00, vermeerderd met de contractuele rente van 8% per jaar, vanaf 1 april 208 tot de dag der algehele voldoening;
5.2.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van Via Capital gevallen en tot op heden begroot op € 2.283,32;
in reconventie
5.3.
wijst de vordering af;
5.4.
Veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van Via Capital gevallen en tot op heden begroot op € 198,00;
in conventie en in reconventie
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.P.A. Bisscheroux en in het openbaar uitgesproken.