ECLI:NL:RBLIM:2023:7459
Rechtbank Limburg
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een niet tijdig beslissen op aanvraag om bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet
Op 21 december 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een zaak waarin eiser een verzoek om voorlopige voorziening had ingediend. Eiser had op 22 juni 2023 een aanvraag ingediend voor een uitkering op grond van de Participatiewet, maar verweerder had deze aanvraag buiten behandeling gesteld. Eiser stelde dat hij het besluit van 5 juli 2023 nooit had ontvangen en dat verweerder niet had voldaan aan zijn bekendmakingsplicht. De voorzieningenrechter oordeelde dat verweerder het bezwaar van eiser tegen het niet tijdig beslissen op zijn aanvraag had moeten doorsturen naar de rechtbank als een beroep niet tijdig. Dit leidde tot de conclusie dat het beroep gegrond was, omdat het bestreden besluit in strijd was met de wet.
Eiser had ook een verzoek om voorlopige voorziening ingediend, maar de voorzieningenrechter wees dit verzoek af. De voorzieningenrechter concludeerde dat er geen spoedeisend belang was, aangezien eiser inmiddels een bijstandsuitkering was toegekend met terugwerkende kracht tot 10 juni 2023. De voorzieningenrechter oordeelde dat eiser geen proceskosten had gemaakt die vergoed konden worden en dat verweerder geen griffierecht aan eiser hoefde te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en een afschrift werd op dezelfde dag verzonden aan de betrokken partijen.