Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
uitspraak van de voorzieningenrechter van 17 november 2023 in de zaak tussen
1.[verzoekers]
de burgemeester van de gemeente Roerdalen (hierna: de burgemeester)
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de voorzieningenrechter
Drugshandel in [naam 2] . Vanuit de woning aan [adres] in [plaats] wordt gehandeld in pillen. Er komen veel klanten uit Duitsland en Oost Europese landen”. Nog afgezien van het feit dat deze melding van ruim vier jaar geleden is, stelt de voorzieningenrechter vast dat deze gaat over pillen en niet over hennep, terwijl de melding evenzeer kan zien op de handel in anabole steroïden, een middel dat
nietstaat op lijst I of II van de Opiumwet. De burgemeester heeft niet de bevoegdheid om de woning van verzoekers te sluiten vanwege het aantreffen van die middelen. In de bestuurlijke rapportage van de politie van 3 augustus 2023 is verder aangegeven dat uit gesprekken is gebleken dat omwonenden gedurende lange tijd overlast hebben ervaren van af en aan rijden van auto’s al dan niet met Nederlandse kentekens. Wat er ook zij van deze meldingen, niet duidelijk naar voren komt of deze zien op de handel in anabole steroïden of de handel in softdrugs of beiden, waarbij de voorzieningenrechter nogmaals opmerkt dat de burgemeester niet bevoegd is om een woning te sluiten als het handel in anabole steroïden betreft. Daarnaast hebben verzoekers de gestelde openbare ordeverstoring betwist door hangende bezwaar en ter zitting verklaringen over te leggen van de directe buren, die verklaren nooit overlast te hebben ervaren van verzoekers. Gelet op het voorgaande, heeft de burgemeester naar het oordeel van de voorzieningenrechter onvoldoende concreet gemaakt dat er sprake is van verbondenheid tussen de in de woning aangetroffen handelshoeveelheid softdrugs en de door de burgemeester gestelde aan de woning gerelateerde overlast en verstoring van de openbare orde. De noodzaak tot het sluiten van de woning is daarom onvoldoende gemotiveerd.