Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[eiseres sub 1] ,
[eiser sub 2],
[handelsnaam],
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 t/m 16,
- de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie en tevens houdende een incidentele vordering tot het treffen van een voorlopige voorziening, met producties 1 t/m 9 van [gedaagde] ,
- de akte wijziging van eis in incident, en tevens van aanvulling gronden in incident, met productie 10 van [gedaagde] ,
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens conclusie van antwoord in incident, met producties 17 t/m 24 van [eisers]
2.De relevante feiten in het incident
Uit uw brief en uit ons telefoongesprek volgt dat u nog steeds in Italië verblijft en op geen enkele wijze voornemens cq in staat bent om de werkzaamheden nog uit te voeren. U geeft ook geen gehoor aan de eerdere sommatie om die werkzaamheden aan te vangen. Daarbij heeft u feitelijk aan dat er ook een medische reden zou zijn op basis waarvan u de werkzaamheden niet kunt doen.
3.Het geschil in het incident
Primair: bij constitutief vonnis het door [eisers] gelegde conservatoir beslag op de woning op te heffen, althans bij condemnatoir vonnis [eisers] te gebieden het door haar krachtens het verlof van 10 februari 2023 ten laste van [gedaagde] gelegde conservatoir beslag op de woning op te heffen binnen twee dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis, zulks op straffe van een dwangsom van € 5.000,- per dag of gedeelte daarvan dat [eisers] hiermee in gebreke blijft, met een maximum van € 75.000,-,