ECLI:NL:RBLIM:2023:5277

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
6 september 2023
Publicatiedatum
6 september 2023
Zaaknummer
C/03/318813 / KG ZA 23-215
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over verwijdering airco-unit door gedaagde

Op 6 september 2023 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht een vonnis uitgesproken in een kort geding tussen de Vereniging van Eigenaren (VvE) [naam] en [gedaagde]. De VvE vorderde dat de voorzieningenrechter de gedaagde zou veroordelen tot het verwijderen van een airco-unit die door of in opdracht van de gedaagde aan de buitengevel van het appartementencomplex was bevestigd. De VvE stelde dat deze plaatsing in strijd was met de 'voorwaarden plaatsen airco’s' die tijdens een algemene ledenvergadering op 20 november 2018 waren vastgesteld. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er op 16 augustus 2023 een extra algemene ledenvergadering heeft plaatsgevonden, waarin is besloten dat de airco-unit verwijderd moest worden. De voorzieningenrechter ging ervan uit dat de gedaagde de airco-unit binnen zes weken na deze vergadering zou verwijderen.

De voorzieningenrechter heeft de gedaagde veroordeeld om de airco-unit te verwijderen en een dwangsom van € 250,00 per dag opgelegd voor het geval hij hier niet aan zou voldoen, met een maximum van € 7.500,00. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten van de VvE, die tot op heden zijn begroot op € 1.884,86. De proceskostenveroordeling is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. V.E.J. Noelmans.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer: C/03/318813 / KG ZA 23-215
Vonnis in kort geding van 6 september 2023
in de zaak van
de rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging
VERENIGING VAN EIGENAARS [naam],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
eiseres,
advocaat mr. J.J.M. Goumans,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
in persoon procederend
Partijen zullen hierna VvE [naam] en [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties 1 tot en met 8
  • de brief van [gedaagde] met productie 1
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 4 juli 2023
  • het proces-verbaal van de zitting van 4 juli 2023, met daarin opgenomen een regeling die
partijen zijn overeengekomen
- de brief van 1 september 2023 (op de rechtbank ontvangen op 4 september 2023), van
VvE [naam] met een afschrift van de notulen van de op 16 augustus 2023 gehouden extra ALV van VvE [naam] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1.
VvE [naam] vordert dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad voor zover de wet zulks toelaat:
[gedaagde] veroordeelt om binnen veertien dagen na betekening van het te wijzen vonnis de aan de buitengevel van het appartementencomplex VvE [naam] door of in opdracht van [gedaagde] bevestigde airco-unit te verwijderen en verwijderd te houden althans deze te plaatsen op de tegels (loopvloer) van het balkon of terras van [gedaagde] appartement nadat deze unit is voorzien van trillingsdempers, zulks conform de “voorwaarden plaatsen airco’s” die zijn vastgesteld in de algemene ledenvergadering van VvE [naam] van 20 november 2018;
met bepaling dat [gedaagde] indien hij aan deze veroordeling niet voldoet jegens VvE [naam] een dwangsom verbeurt van € 250,00 voor iedere dag of gedeelte van een dag dat hij nalatig blijft met de voldoening van deze veroordeling, zulks evenwel tot een maximum van € 7.500,00 en met veroordeling van [gedaagde] tevens in de aan de zijde van VvE [naam] gerezen kosten van deze procedure, te vermeerderen met een bedrag van
€ 263,00 wegens nakosten wanneer [gedaagde] niet binnen veertien dagen na betekening van het vonnis hieraan heeft voldaan.
2.2.
[gedaagde] voert verweer.
2.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
In overeenstemming met hetgeen partijen ter zitting van 4 augustus 2023 hebben afgesproken, is er op 16 augustus 2023 een extra ALV van VvE [naam] gehouden. Uit de door VvE [naam] overgelegde notulen van die extra vergadering blijkt, dat de ALV heeft besloten dat de airco-unit van [gedaagde] moet worden verwijderd. De voorzieningenrechter gaat ervan uit dat [gedaagde] , zoals eveneens ter zitting is afgesproken tussen partijen, de airco-unit binnen een termijn van uiterlijk zes weken na de vergadering van 16 augustus 2023 zal verwijderen.
3.2.
De voorzieningenrechter zal, in overeenstemming met hetgeen partijen ter zitting hebben afgesproken, [gedaagde] als de in het ongelijk gestelde partij veroordelen in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van VvE [naam] begroot op:
  • explootkosten € 129,86
  • griffierecht € 676,00
  • salaris advocaat
TOTAAL € 1.884,86
3.3.
Volgens vaste rechtspraak levert een kostenveroordeling ook voor de nakosten een executoriale titel op. Een veroordeling tot betaling van de proceskosten en de wettelijke rente daarover omvat dus een veroordeling tot betaling van de nakosten en de wettelijke rente daarover, met dien verstande dat de wettelijke rente over de nakosten die zijn verbonden aan noodzakelijke betekening van de uitspraak, is verschuldigd vanaf veertien dagen na die betekening. Daarin ziet de rechtbank aanleiding de nakosten en de wettelijke rente daarover niet afzonderlijk in de proceskostenveroordeling te vermelden (vergelijk HR 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853, rov. 2.3.).

4.De beslissing

De voorzieningenrechter
4.1.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van VvE [naam] begroot op € 1.884,86,
4.2.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
4.3.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. V.E.J. Noelmans en in het openbaar uitgesproken op
6 september 2023. [1]

Voetnoten

1.type: JC