Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
[gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3],
[gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 4],
1.De procedure
- de dagvaarding met de producties 1 tot en met 15,
- de incidentele conclusie houdende exceptie van onbevoegdheid met de producties 1 tot en met 6,
- de antwoordakte in incident, tevens houdende de producties 16 tot en met 21.
Alfa c.s. leggen hieraan – samengevat – het volgende ten grondslag. Alfa c.s. stellen zich, in de kern begrepen, op het standpunt dat de forumkeuze in de door Yellowdozer gebruikte algemene voorwaarden geen deel uitmaakt van het tussen partijen overeengekomene.. Alfa c.s. betogen dat in artikel 8.1. van de standaard huurovereenkomst van Yellowdozer weliswaar wordt verwezen naar die algemene voorwaarden, maar dat zij slechts af en toe, maar vaker niet dan wel, als bijlage bij een e-mailbericht door Yellowdozer zijn meegezonden, zonder dat Yellowdozer nadrukkelijk heeft gewezen op de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden of een daarin opgenomen forumkeuze. De standaard huurovereenkomst is volgens Alfa c.s. ook nooit door partijen schriftelijk aangegaan. Voor zover de algemene voorwaarden al aan Alfa c.s. zijn toegezonden, zijn deze alleen in de Nederlandse taal verstrekt. Alfa c.s. stellen dat alle medewerkers van gedaagden sub 1 en 2 evenals gedaagden sub 3 en 4 Duitstalig zijn. Weliswaar begrijpt gedaagde sub 3 (de heer [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3] ) de Nederlandse taal, maar hij niet had hoeven begrijpen dat sprake was van toepasselijkheid van huurvoorwaarden of een daarin opgenomen forumkeuze. Bovendien missen de huurvoorwaarden volgens Alfa c.s. toepassing, omdat tussen partijen sprake was van overeenstemming met betrekking tot de koop van de betreffende machines. Voor zover er volgens Yellowdozer sprake zou zijn van een onrechtmatige daad – hetgeen Alfa c.s. betwisten – stellen Alfa c.s. dat het schadetoebrengende feit zich in Duitsland voordoet en ook om die reden de Nederlandse rechter geen rechtsmacht heeft. Volgens Alfa c.s. komt aan de Duitse rechter rechtsmacht toe op grond van artikel 4 lid 1 Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (herschikking) (hierna: “de herschikte EEX-Vo”).
2.2. Yellowdozer betwist de incidentele vordering van Alfa c.s. en concludeert – samengevat – tot niet-ontvankelijk verklaring van Yellowdozer, dan wel tot afwijzing van de vorderingen in het incident, met veroordeling van Alfa c.s. in de kosten van het incident, de nakosten daaronder begrepen. Yellowdozer voert daartoe – samengevat – het volgende aan. Volgens Yellowdozer is de in de algemene voorwaarden opgenomen forumkeuze wel rechtsgeldig, omdat het beding voldoet aan de in de rechtspraak van het Hof van Justitie gestelde vereisten en de voorwaarden van artikel 25 van de herschikte EEX-Vo. Tussen partijen bestaat volgens Yellowdozer een bestendige handelsrelatie, waarbij de forumkeuze is gegoten in een vorm die wordt toegelaten door de handelwijzen die tussen de partijen gebruikelijk zijn geworden. Daarnaast zijn de algemene voorwaarden, anders dan Alfa c.s. stellen, wel degelijk in de Duitse taal toegezonden aan de heer [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3] . Volgens Yellowdozer beheerst de heer [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3] de Nederlandse taal in woord en geschrift uitstekend, zodat [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3] had kunnen begrijpen dat een forumkeuze van toepassing zou zijn. Yellowdozer betwist voorts dat sprake zou zijn van overeenkomsten met betrekking tot de koop van roerende zaken. De onrechtmatige daden c.q. schade toebrengende feiten hebben zich deels op Nederlands grondgebied voorgedaan waardoor de Nederlandse rechter volgens Yellowdozer ook op die grond bevoegd is.
2.3. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
3.De beoordeling in het incident
4.De beslissing
4 oktober 2023voor conclusie