ECLI:NL:RBLIM:2023:3062
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking na beëindiging van de zaak – niet ontvankelijk
Op 31 maart 2023 ontving de griffie van de Rechtbank Limburg een verzoek tot wraking van mr. L.M.I.A. Bregonje, rechter in de rechtbank Limburg, door een verzoeker. Dit verzoek was ingediend in het kader van een lopende procedure met zaaknummer C/03/315403 FA RK 23-851. De wrakingsprocedure is geregeld in artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat bepaalt dat een partij een rechter kan wraken op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. Echter, de wrakingskamer oordeelde dat wraking niet mogelijk is nadat een zaak is beëindigd. In dit geval was de zaak op 24 maart 2023 beëindigd na een mondelinge uitspraak. De wrakingskamer concludeerde dat het verzoek tot wraking niet ontvankelijk was, omdat het middel van wraking niet meer ter beschikking stond voor de verzoeker. De beslissing werd genomen zonder behandeling ter zitting, conform het Wrakingsprotocol van de rechtbank Limburg. De wrakingskamer verklaarde de verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking, en deze beslissing werd openbaar uitgesproken op 5 april 2023.