ECLI:NL:RBLIM:2023:1974
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van de bestuursrechter bij verzoek om schadevergoeding door feitelijk handelen van politieambtenaren
In deze zaak heeft de rechtbank Limburg op 17 maart 2023 uitspraak gedaan in een verzoekschrift tot schadevergoeding dat door eiser is ingediend. Eiser, wonende in [woonplaats], heeft schade geleden door het feitelijk handelen van politieambtenaren tijdens zijn inverzekeringstelling. Hij heeft op 25 juni 2022 een verzoek ingediend bij de Politie Eenheid Limburg om de namen van de betrokken politieambtenaren te verkrijgen, maar dit verzoek is door de korpschef op 11 augustus 2022 afgewezen. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoek van eiser niet kan worden aangemerkt als een beroep tegen een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelt dat het feitelijk handelen van de politieambtenaren niet kwalificeert als een besluit, waardoor de bestuursrechter onbevoegd is om van het beroep kennis te nemen. Eiser heeft niet adequaat gereageerd op verzoeken van de rechtbank om verduidelijking van zijn beroep, wat heeft bijgedragen aan de beslissing van de rechtbank.
De rechtbank concludeert dat de handelingen van de politieambtenaren feitelijke handelingen zijn en niet gebaseerd zijn op een publiekrechtelijke bevoegdheid. Hierdoor valt het verzoek om schadevergoeding niet onder de bevoegdheid van de bestuursrechter volgens artikel 8:88 van de Awb. De rechtbank verklaart zich daarom onbevoegd en adviseert eiser om zijn vordering bij de burgerlijke rechter in te dienen. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is op dezelfde dag verzonden aan de betrokken partijen.