Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter op 14 maart 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een werknemer en zijn werkgever, Geelen Techniek B.V., over de schorsing van een concurrentiebeding. De werknemer, die sinds 2000 in dienst is bij Geelen, heeft een aanbod gekregen van Wenger Manufacturing Inc. om daar als Project Manager te gaan werken. Geelen heeft echter aangegeven dat de werknemer gebonden is aan het concurrentiebeding dat hem verbiedt om gedurende drie jaar na beëindiging van zijn dienstverband bij een concurrerende onderneming te werken. De werknemer vorderde in kort geding schorsing van dit concurrentiebeding, maar de kantonrechter oordeelde dat de werknemer onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zijn belangen zwaarder wegen dan die van Geelen. De kantonrechter concludeerde dat het concurrentiebeding rechtsgeldig is en dat Geelen een zwaarwichtig belang heeft bij handhaving ervan, gezien de specifieke kennis die de werknemer heeft over de producten en processen van Geelen. De vordering van de werknemer werd afgewezen, en de proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt.