3.4.[eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] stelt dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] de koopovereenkomst niet is nagekomen, omdat (onder meer) het pand niet leeg was en er zich een aanzienlijke hoop afval en/of roerende zaken bevond die verwijderd had moeten. Er was sprake van een ingegroeide auto die niet verwijderd was zoals afgesproken.
3.4.1.De stellingen in de dagvaarding zijn summier. De kantonrechter begrijpt dat [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] hier aansluiting zoekt bij artikel 7.2 van de koopovereenkomst, met dien verstande dat het (in ieder geval) [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] was toegestaan in het pand te blijven wonen. Opmerkelijk is dat dit feit in de dagvaarding niet staat genoemd. In de koopovereenkomst is – eveneens opmerkelijk – niet geregeld in welke kamer of kamers [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] dan zou kunnen blijven wonen (in plaats van de beschikking te hebben over het gehele pand) terwijl de concept-akte van levering uitsluitend spreekt van leeg en ontruimd en juist “vrij van huur”. In de dagvaarding wordt ook slechts gesproken van een “woning”, terwijl het gezien de afspraak met [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] van belang is dat het niet om een doorsnee woning gaat. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] geeft aan dat gesproken is over een huurprijs van € 400,00 per kamer en dat het hem en [naam vriend] was toegestaan in het pand te blijven, althans twee kamers, met medegebruik van de keuken, sanitaire ruimte en garage. De kantonrechter begrijpt dat partijen het erover eens zijn dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] zelf kon blijven wonen in één kamer, van de 30 kamers, die hij tot die tijd al als woonruimte gebruikte. Het was immers de bedoeling dat na de renovatie kamers (pension) zouden worden verhuurd, geen appartementen. [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] rept in de dagvaarding van “deels mondeling” gemaakte afspraken, zoals ten aanzien van de ingegroeide auto, zonder dit ook maar enigszins toe te lichten. [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] heeft ook de beweerde feitelijke toestand van het pand op 31 augustus 2021 niet verder toegelicht of onderbouwd, anders dan dat deswege een ingebrekestelling is verzonden waarin gesproken wordt van notities en foto’s van het pand gemaakt door uw makelaar. Deze notities en foto’s zijn niet bij de dagvaarding gevoegd. Wel zijn bij conclusie van antwoord in reconventie, maar in een ander verband, een 25-tal kleurenfoto’s ingebracht, welke door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] in dit kader worden aangehaald en waarvan niet betwist wordt dat die de situatie weergeven van het pand op 31 augustus 2021. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] heeft op de mondelinge behandeling namelijk gesteld dat die foto’s toen zijn gemaakt van de kamer van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] .
3.4.2.[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist dat de overeenkomst op dit onderdeel niet zou zijn nagekomen en voert hiertoe aan dat die nog aanwezige goederen (waarvan de aanwezigheid in het pand aldus wel wordt erkend) in eigendom toebehoorden van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] . Deze betwisting treft geen doel. Daartoe is met name van belang dat in de dagvaarding (wel) is gesteld dat (zelfs) de eigen makelaar heeft bevestigd dat het pand vol spullen is achtergelaten en dat dit onbetwist is gebleven. Zonder toelichting, die niet is gegeven, valt niet in te zien waarom de eigen makelaar dit standpunt zou innemen indien het pand wel naar behoren leeg zou zijn geweest. Hieraan doet niet af dat de betreffende notities niet door [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] zijn ingebracht, nu [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] niet weerspreekt dat hierin punten staan opgesomd die niet in orde waren. Voorts is redengevend dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] in haar antwoord aangeeft dat zij haar excuses heeft aangeboden voor de rommel en heeft meegedeeld dat zij al geruime tijd alleen doende is om het pand te ontruimen, dat zij heen en weer moet pendelen tussen het ziekenhuis en het pand, dat zij niet over de noodzakelijke middelen beschikt (de kantonrechter begrijpt: om het pand te ontruimen) én dat zij heeft aangeboden dat € 10.000 van de koopsom bij de notaris in depot blijft tot aan het moment dat de huisraad en rommel door haar is verwijderd. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] heeft ook op de mondelinge behandeling herhaald dat zij dit aanbod heeft gedaan. Hieruit is op te maken dat er, volgens partij [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] , wel degelijk sprake is van een aanzienlijke hoop afval en daarmee het niet nakomen van afspraken. Voorts weegt mee dat uit de foto’s is op te maken dat het in meerdere, verschillende, duidelijk niet-bewoonde ruimtes (afgezien van één foto waarop een doek als gordijn is te zien) vol lag met spullen en afval, al dan niet in vuilniszakken (en aangevreten vuilniszakken en rattenkeutels). Dat alle 25 foto’s betrekking zouden hebben op de kamer of kamers van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] is niet te rijmen met hetgeen op de foto’s is te zien. Zo zijn foto’s gemaakt van een zolder waarop alleen afval is te zien, van een trappenhuis met afval, van verschillende kamers met alleen vuilniszakken of afval, van een overkapping met afval (waaronder een oud matras) en van een betegelde wasruimte met alleen vuilniszakken. Op die foto’s is geen verdere huisraad te zien. Voor zover al zou moeten worden aangenomen dat die foto’s betrekking hebben op de ruimten (c.q. bovenste verdieping) waarvan gesteld wordt dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] die op 31 augustus 2021 als eigenaar nog in gebruik had, had [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] moeten begrijpen dat die spullen beperkt hadden dienen te zijn tot een kamer. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] ging immers niet een halve verdieping huren maar slechts een kamer. Het pand diende voor het overige geheel leeg te zijn. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist ook niet dat er vloerkleden verwijderd hadden moeten worden. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist evenmin dat er in de tuin een “ingegroeide” auto (een oude auto die er al zo lang staat dat hij is overwoekerd door planten) is achtergebleven hetgeen ook steun vindt in de foto’s. Hoewel [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] aldus de beweerde afspraken hieromtrent niet heeft toegelicht of onderbouwd, is de kantonrechter van oordeel dat het voor zich spreekt dat een ingegroeide auto (en daarmee gelijk te stellen aan ronduit “afval” want de auto wordt duidelijk niet gebruikt) verwijderd dient te worden, tenzij partijen daarover anders afspreken. Het lag daarmee op de weg van (juist) [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] , en niet [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] , om te onderbouwen dat partijen hebben afgesproken dat de auto niet verwijderd hoefde te worden. Dit is niet gebeurd. [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] kon volstaan met de constatering dat de auto niet is verwijderd. Voor zover al aangenomen moet worden dat die auto aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] toebehoort, maakt dit het vorenstaande niet anders. Afgesproken was dat hij een kamer zou huren, niet dat de (gezamenlijke) tuin vol afval kon worden achtergelaten. Het gaat hier ook niet om een parkeerplek. Het spreekt voor zich dat aan het verwijderen van die auto aanzienlijke kosten zijn verbonden.
3.4.3.[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft kortom de stelling van [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] , dat het pand (de kamer van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] niet meegerekend) niet leeg was maar een aanzienlijke hoop afval bevatte, niet gemotiveerd betwist, terwijl die stelling van [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] aldus voldoende steun vindt in de stukken.
3.4.4.In dit verband kan in het midden kan blijven of, zoals van de kant van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] is aangevoerd, zijdens [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] na het sluiten van de koopovereenkomst mondeling is toegezegd dat ook [naam vriend] een kamer mocht blijven huren. Zijdens [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] is ook niet gesteld dat de aanwezige spullen mede aan [naam vriend] toebehoorden, terwijl het afval ook in niet bewoonde ruimtes ligt.
3.4.5.[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist niet op 31 augustus 2021 in gebreke te zijn conform artikel 8 van de koopovereenkomst en dat [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] op 9 september 2021 de koopovereenkomst buitengerechtelijk heeft ontbonden en aanspraak heeft gemaakt op de contractuele boete. De kantonrechter constateert in dit verband nog dat uit de ingebrachte stukken is op te maken dat [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] heeft gecommuniceerd met (uitsluitend) [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] , maar met cc aan [naam bemiddelingsmakelaar] , en dat [naam bemiddelingsmakelaar] door alle drie de verkopers is ingeschakeld als bemiddelingsmakelaar. De kantonrechter begrijpt dat uitsluitend direct met [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] is gecommuniceerd omdat [erflater] in die periode al ernstig ziek was en [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] , in de woorden van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 2] , “labiel en beperkt”. Zijn eigen gemachtigde spreekt van “een kluizenaar” – maar wel handelingsbekwaam. [eisende partijen in conventie, verweerders in reconventie] vermeldt in de dagvaarding zelfs dat na de ingebrekestelling een telefoontje is gekregen van (de kantonrechter begrijpt) [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] waarin deze heeft aangegeven niets te weten van de zaak. Hoe dan ook is niet in geschil dat de ingebrekestelling en ontbindingsverklaring óók werking hebben jegens [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie 1] en (de erven van) [erflater] . [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft niet betwist dat de situatie in het pand ook na de ingebrekestelling ongewijzigd is gebleven. Dit wordt daarmee als vaststaand aangenomen. Naar het oordeel van de kantonrechter is daarmee voldoende komen vast te staan dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] een redelijke termijn voor deugdelijke nakoming is gesteld en nakoming binnen deze termijn is uitgebleven.