In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 28 juli 2022 een wrakingsverzoek ingediend door verzoekers, [verzoeker 1] en [verzoeker 2], tegen mr. H.H. Dethmers, rechter in de rechtbank. Dit verzoek volgde op een eerdere wraking die op 11 november 2021 ongegrond was verklaard. De wrakingsprocedure begon met een verzoek van verzoekers op 14 oktober 2021, tijdens een zitting in een andere zaak tussen LEASEPLAN NEDERLAND N.V. en verzoekers. Na verschillende correspondenties en een nieuwe wraking van de wrakingskamer, werd op 19 juli 2022 de behandeling van het wrakingsverzoek voortgezet. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de gronden voor wraking niet voldoende waren om aan te nemen dat de rechter vooringenomen was. De wrakingskamer benadrukte dat een rolbeslissing, ook al kan deze inhoudelijk onjuist zijn, in beginsel geen grond voor wraking oplevert. De rechter had aangegeven dat hij de gelegenheid zou bieden voor een antwoordakte, wat ook een belangrijk punt was in de beoordeling. Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking ongegrond verklaard, omdat er geen feiten of omstandigheden waren die een vrees voor partijdigheid van de rechter konden onderbouwen. De beslissing is openbaar gemaakt op 28 juli 2022.