Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] ,
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 3],
[gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3], mede in haar hoedanigheid van executeur van de nalatenschap van [erflater] ,
1.De procedure
- de rolbeslissing van 15 april 2020
- de akten uitlaten partijen voortprocederen
- de conclusie van repliek, tevens vermindering van eis, in conventie van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] tegen [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] met producties 9 tot en met 20
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie, van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 3]
- de conclusie van repliek in conventie, tevens antwoord in reconventie, van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] tegen [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 3]
- de conclusie van dupliek van [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3]
- de conclusie van dupliek in conventie, tevens conclusie van repliek in reconventie, van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 3]
- de conclusie van dupliek in reconventie van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] tegen [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 3]
- de B16 formulieren van partijen (alle partijen vragen mondelinge behandeling)
- de rolbeslissing van 24 maart 2021, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
- het B16 formulier, houdende beslagstukken van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , van 17 december 2021
- de mondelinge behandeling van 17 december 2021, die gelijktijdig plaatsgevonden heeft met de mondelinge behandeling in de informeel gevoegde zaak C/03/273484 / HA ZA 20/59
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 17 december 2021
- de spreekaantekeningen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 3]
- de B16 formulieren waarbij alle partijen vonnis vragen.
2.De feiten in conventie en reconventie
C. WETTELIJKE VERDELING INDIEN GEHUWD (…)
15 maart 2001 voor overlijden (kopieën dagafschriften),
28 juli 2021 gescheiden.
3.Het geschil
in conventie
red.d. 30 maart 2011 de hoogte van de legitieme portie van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] vast te
2 augustus 2005, althans vanaf 6 maanden na de datum van overlijden van erflater, althans vanaf een door de rechtbank te bepalen datum;
- de hoogte van de nalatenschap van [erflater] en de hoogte van de erfdelen vast te stellen en [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] te veroordelen tot betaling van de erfdelen, te vermeerderen met de verschuldigde testamentaire rente vanaf [overlijdensdatum] (datum overlijden erflater) tot aan de dag der algehele voldoening;
- [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] te veroordelen in de kosten van het geding met inbegrip van de nakosten zoals genoemd in artikel 237 lid 4 Rv, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het tijdstip dat deze in verzuim is de kosten te voldoen.
4.De verdere beoordeling
In conventie en in reconventie
woonhuis in Spanje met inboedel?
woonhuis in [plaats] met grond
€ 349.000,00. Ter onderbouwing van die waarde hebben zij een verkoopbrochure van ERA Makelaardij Klazienaveen overgelegd (productie 11 bij conclusie van repliek in reconventie), waarin is te lezen dat de vraagprijs van het woonhuis € 349.000,00 k.k. bedraagt. [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] heeft die waarde betwist. Volgens haar bedraagt de waarde van het huis op het tijdstip het overlijden van erflater € 221.000,00 en de waarde van de grond € 48.000,00.
€ 270.000,00.
inboedel woonhuis [plaats] .
€ 15.000,00. Gelet op de eigen verklaring van [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] ten overstaan van de notaris op 7 september 2007, zijn bij die waardering van de inboedel nog niet meegenomen waardevolle schilderijen en overige antiek zaken. Hierover oordeelt de rechtbank hieronder.
schilderijen en overige antiek
€ 30.135,00zal dan ook worden meegenomen bij de vaststelling van de waarde van de nalatenschap.
voertuigen
“Daarbij neemt de kantonrechter in aanmerking dat [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] in haar verweerschrift heeft aangegeven dat de nieuwwaarde van de auto’s mag worden aangenomen, waarmee Killestein ter zitting akkoord is gegaan.”[gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] heeft bij conclusie van dupliek en tijdens de mondelinge behandeling niet meer gereageerd op de informatie die volgt uit productie 14 bij conclusie van repliek in conventie. Ook heeft zij niet aangevoerd dat met “de nieuwwaarde” destijds iets anders bedoeld werd dan letterlijk de nieuwwaarde op de peildatum. Zij is bij de dupliek en bij de mondelinge behandeling niet ingegaan op de waarden van de voertuigen die [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft aangevoerd. Zij heeft ten aanzien van de waarde van de huwelijksgoederen-gemeenschap als geheel alleen verwezen naar haar eigen boedelbeschrijving van
16 april 2007. Gelet op de inhoud van de beslissing van de kantonrechter van
19 augustus 2009 en het uitblijven van gemotiveerd verweer tegen de waarden van de voertuigen die zijn opgenomen in lijst 18.2. zal de rechtbank van die waarden uitgaan. De in de lijst 18.2 opgesomde waarde van de voertuigen van
€ 232.099,00in totaal zal derhalve worden meegenomen bij de vaststelling van de waarde van de nalatenschap.
Saldi) bankrekeningen
€ 644,26.
€ 6.580,88staat niet ter discussie en zal eveneens worden meegenomen bij de waardering van de nalatenschap.
€ 6.000,00. De kinderen hebben hun conclusie echter niet met concrete stukken onderbouwd. [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] heeft als verweer aangevoerd dat die rekening en het gestelde saldo haar onbekend zijn. Onduidelijk is dan ook waarop de kinderen de stelling baseren dat de spaarrekening een goed van de gemeenschap is waarvan de waarde € 6.000,00 bedraagt. Dit bedrag wordt dan ook niet meegenomen bij de vaststelling van de waarde van de nalatenschap.
€ 137.500,00en die waarde betrekken bij de vaststelling van de nalatenschap.
ente vermelden in haar eigen boelbeschrijving. De rechtbank gaat er daarom vanuit dat ook deze effectenrekening deel uitmaakte van de huwelijksgoederen-gemeenschap op het moment van overlijden van erflater. Omdat [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] stelt niet meer te beschikken over bewijsstukken en er geen andere aanknopingspunten zijn met betrekking tot het saldo op de datum van overlijden van erflater, zal de rechtbank uitgaan van het saldo op 1 januari 2006 van
€ 24.663,16. Dit bedrag zal betrokken worden bij de bepaling van de waarde van de nalatenschap.
€ 1.400,00 per jaar waren bovendien, in het licht van het vorenoverwogene, niet bovenmatig.
Activa:
€ 24.663,16+
Passiva:
€ 0,00-
- Waarde goederen nalatenschap € 358.311,15
- Giften geen+
- Schuld ex 4:7 lid 1 b BW
€ 35.326,97-
30 oktober 2019 [eiser in conventie, verweerder in reconventie] verlof verleend om ten laste van [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] conservatoir derdenbeslag te leggen, als zekerheid voor betaling van de (legitieme) vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] inclusief rente en kosten, begroot op € 85.000,00 in totaal. Op 28 november 2019 is door de deurwaarder conservatoir derdenbeslag gelegd onder de Coöperatieve Rabobank U.A. ten laste van [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] . [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft de beslagstukken op de rol van 17 december 2021 overgelegd. Hoewel het verzoekschrift tot het leggen van beslag niet compleet is overgelegd (pagina 2 tot en met 7 ontbreken), heeft [gedaagde in conventie, verweerster in reconventie sub 3] de inhoud ervan (verlof beslag voor de onderhavige vordering) niet betwist, zodat de rechtbank van de juistheid daarvan uitgaat.