Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
- 29, 30 en 31 maart 2021,
- 6, 7, 13, 14, 19, 21, 26 en 28 april 2021,
- 3, 4, 25, 26, 27 en 28 mei 2021,
- en op 9 juli 2021 is het onderzoek gesloten.
Rechtbank Limburg
In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1968 en bijgestaan door advocaat mr. G.J.J.G. Stevens-Waltmans, heeft de rechtbank Limburg op 9 juli 2021 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het witwassen van een totaalbedrag van 165.341,69 euro, waarbij het Openbaar Ministerie stelde dat de verdachte dit bedrag had verworven en een gewoonte had gemaakt van het witwassen. De zaak was onderdeel van een groter onderzoek, genaamd 'Kievit', dat zich richtte op de motorclub Bandidos en diverse criminele activiteiten, waaronder drugsdelicten en afpersingen.
De rechtbank heeft de zaak inhoudelijk behandeld op meerdere zittingen, waarbij de verdachte en haar raadsman hun standpunten hebben gepresenteerd. De verdediging voerde aan dat er geen bewijs was voor de wetenschap van de verdachte omtrent de criminele herkomst van de geldbedragen. De rechtbank heeft de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging bevestigd, ondanks het verweer van de verdediging over het tijdsverloop en de invloed op getuigen.
Na beoordeling van het bewijs heeft de rechtbank geconcludeerd dat er geen wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte wetenschap had van de criminele herkomst van de geldbedragen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de tenlastegelegde feiten, waarbij zij oordeelde dat de verdachte niet schuldig was aan het witwassen van de genoemde bedragen. Dit vonnis is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffiers mr. H.M.E. de Beukelaer en mr. O.A.G. Corten.