Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- het verzoekschrift met bijlagen 1 t/m 15;
- de mondelinge behandeling op 11 november 2020.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 1 december 2020 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en Garage Solutions B.V. [verzoeker] was sinds 1 november 2018 in dienst als monteur en had zich op 11 april 2020 arbeidsongeschikt gemeld. Garage Solutions ontsloeg [verzoeker] op staande voet op 24 april 2020, maar deze opzegging werd door de kantonrechter op 22 juni 2020 vernietigd. Garage Solutions werd veroordeeld om [verzoeker] weer toe te laten tot de arbeid en om het loon te betalen. Ondanks deze veroordeling heeft Garage Solutions het loon niet betaald, wat leidde tot de huidige procedure.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat Garage Solutions ernstig verwijtbaar heeft gehandeld door het loon niet te betalen. Dit was geen rechtvaardiging voor het niet of niet tijdig betalen van het loon, vooral gezien de financiële situatie van de werkgever. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 11 december 2020 en Garage Solutions veroordeeld tot betaling van een transitievergoeding van € 2.859,88 en een billijke vergoeding van € 12.000,- aan [verzoeker]. De kantonrechter heeft ook de proceskosten aan de zijde van [verzoeker] toegewezen, die zijn begroot op € 803,00. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
De beslissing van de kantonrechter is gebaseerd op de overweging dat de werkgever niet heeft gereageerd op de verzoeken van [verzoeker] en dat de omstandigheden van het geval, waaronder de financiële problemen van [verzoeker], in aanmerking zijn genomen bij het bepalen van de hoogte van de billijke vergoeding. De kantonrechter heeft ook verwezen naar eerdere jurisprudentie van de Hoge Raad over de billijke vergoeding, waarbij het doel is om de werknemer te compenseren voor het ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever.