Uitspraak
RECHTBANK limburg
uitspraak van de meervoudige kamer van 13 november 2020 in de zaak tussen
[naam eiser] , te [woonplaats] ,
Procesverloop
Overwegingen
.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de rechtbank Limburg op 13 november 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard-Geleen. Eiser had op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) een maatwerkvoorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget (pgb) aangevraagd voor individuele begeleiding en groepsbegeleiding voor de periode van 8 maart 2017 tot en met 7 maart 2020. De rechtbank oordeelde dat eiser niet voldoende had onderbouwd waarom het door de adviseurs van Treve Advies geadviseerde aantal uren voor individuele begeleiding niet voldoende zou zijn. De rechtbank vernietigde echter het bestreden besluit van verweerder, omdat deze ten onrechte voorwaarden aan de toekenning van het pgb had verbonden. De rechtbank oordeelde dat als verweerder van mening was dat niet aan de voorwaarden voor het verstrekken van een pgb werd voldaan, het pgb had moeten worden geweigerd. De rechtbank liet de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand, omdat de periode inmiddels voorbij was en er geen financieel belang meer was. Eiser had wel procesbelang bij een inhoudelijke beoordeling, omdat dit van belang kon zijn voor toekomstige aanvragen. De rechtbank veroordeelde verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.312,50.