3.2.De moeder en pleegouders vorderen bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te bepalen dat:
1. de GI gehouden is om binnen 24 uur na betekening van het vonnis, dan wel binnen een in goede justitie te bepalen termijn, [minderjarige] terug te plaatsen bij haar pleegouders, zoals eerder door de rechtbank is bepaald;
2. de omgang tussen moeder en [minderjarige] in ere wordt hersteld, inhoudend dat moeder en [minderjarige] iedere dinsdag en iedere donderdag tussen 9 uur en 12 uur bij haar thuis ziet;
3. aan de GI een dwangsom wordt opgelegd van € 1.000,--, althans een door de voorzieningenrechter te bepalen dwangsom, voor elke dag dat gedaagde niet aan het vonnis voldoet;
4. de GI tegen behoorlijk bewijs van kwijting, te veroordelen in de proceskosten welke zijdens moeder en pleegouders zijn gemaakt, te weten advocaatkosten, reiskosten van de advocaat, de eigen bijdrage, griffierechten en deurwaarderskosten, alsmede de GI te veroordelen in alle overige kosten welke door en namens eisers, binnen en buiten rechte, ten behoeve van deze procedure zijn gemaakt, alsmede de gedaagde te veroordelen tot vergoeding van de kosten ten behoeve van de executie van het vonnis en te bepalen dat, wanneer gedaagde deze kosten niet binnen twee weken na betekening van het vonnis, dan wel een andere in goede justitie te bepalen termijn, heeft voldaan, deze kosten verhoogd zullen worden met de wettelijk rente.