ECLI:NL:RBLIM:2019:381
Rechtbank Limburg
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Beperkingen van het recht op collectieve actie in verband met stakingen bij VDL Nedcar
In deze zaak, die diende als kort geding, vorderde VDL Nedcar B.V. een verbod op collectieve acties die door verschillende vakbonden waren aangekondigd op 10 en 11 januari 2019. De vakbonden, waaronder de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV), CNV Vakmensen, De Unie en VHP2, waren betrokken bij de procedure. VDL Nedcar stelde dat de aangekondigde acties schadelijk zouden zijn voor de bedrijfsvoering en dat er een dringende noodzaak was om deze acties te verbieden. De mondelinge behandeling vond plaats op 9 januari 2019, waarna de voorzieningenrechter op dezelfde dag om 18.00 uur een verkort vonnis wees. In het vonnis werd de vakbonden opgedragen om hun leden op te roepen de acties niet door te laten gaan. Tevens werd een dwangsom van € 500.000,-- opgelegd voor het geval de vakbonden in strijd met het vonnis zouden handelen. De proceskosten werden eveneens aan de vakbonden opgelegd, begroot op € 2.001,16. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kon worden betekend aan de vakbonden. De zaak betreft de afweging tussen het recht op collectieve actie en de belangen van de werkgever, waarbij de voorzieningenrechter oordeelde dat de beperkingen van het recht op collectieve actie in dit geval gerechtvaardigd waren.