In deze zaak vordert eiseres, die als gevolg van onrechtmatig handelen van gedaagde schade heeft geleden, een schadevergoeding van € 1.009.162,97. Gedaagde is onherroepelijk veroordeeld voor de moord op de grootouders van eiseres en poging tot doodslag op eiseres zelf. De feiten zijn gepleegd op 12 juli 2003, waarbij eiseres op jonge leeftijd getuige was van de moord op haar grootouders en zelf door gedaagde is beschoten, wat heeft geleid tot onherstelbare schade. De rechtbank heeft vastgesteld dat gedaagde aansprakelijk is voor de door eiseres geleden schade en dat deze schade moet worden vergoed. De vordering van eiseres omvat zowel materiële als immateriële schade, waaronder verlies van arbeidsvermogen, verlies van zelfredzaamheid, medische kosten, reiskosten en buitengerechtelijke kosten. De rechtbank heeft de zaak aangehouden voor verdere beoordeling en het benoemen van een deskundige om de schade te toetsen. De beslissing om de zaak aan te houden is genomen om partijen in staat te stellen zich uit te laten over de benoeming van een deskundige en de bijbehorende kosten. De rechtbank heeft ook bepaald dat eiseres een verklaring van haar zorgverzekeraar moet overleggen met betrekking tot de aanvullende verzekering.