Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De ontvankelijkheid van de officier van justitie
4.De beoordeling van het bewijs
100 van die maxi, das de laatste. Hij zegt er is geen
hmbeige meer op de markt. De laatste 100 maxi is daar. Ik ga tegen hem zeggen houdt
50 maxi vast voor morgen en 100 commerce voor morgen”. [medeverdachte 1] zegt vervolgens: “Die andere jonge komt ook, misschien neemt hij… als je nou maakt een beetje
goedkoop 1150, en hij pakt ook
50 stuks”. [15]
commerciawil hebben. [verdachte] zegt dat [bijnaam medeverdachte 4] bij hem is. [medeverdachte 1] vraagt of hij in Venlo is. [verdachte] bevestigt dit. [medeverdachte 1] zegt dat de
commerciazeker is. [verdachte] vraagt hoeveel commerce er is. [medeverdachte 1] zegt
100 en die andere 50 van ‘kopes’die jongen. [medeverdachte 1] zegt dat [verdachte] voor morgen de
100 commercemoet maken en
50 hmbeigievoor zaterdag. [medeverdachte 1] zegt dat ‘hij’ dat morgen dan kan meenemen. [17]
100wil hebben. [verdachte] vraagt voor wanneer. [medeverdachte 1] zegt dat hij het hem moet laten zien en als [verdachte] het goed vindt morgen, overmorgen. [verdachte] zegt dat [medeverdachte 1] het hem morgen moet laten zien. [18]
100 (onverstaanbaar), 50 hmbeigeen dat heb ik ook gedaan”. [medeverdachte 1] zegt dat 50 goed is en dat iemand misschien nog 1 meter wil. [24]
[medeverdachte 1] zegt 19,5 maar dat hij de laatste keer maxi had gekocht. Voor ster betaal je 17,5.[medeverdachte 1] zegt: “Wat hij kan ons maken... als jij kan ons maken 17.”. [verdachte] zegt ja. [medeverdachte 1] zegt: "50 euro weg... Dan probeer ik uhhh 18,5 of 18 in een keer alles. [25]
zegt ‘1650’. [medeverdachte 1] vraagt voor hoeveel hij het weg kan doen. [verdachte] vraagt wat ze zullen doen. [medeverdachte 1] zegt dat het hem niets uitmaakt.
[verdachte] zegt dat [medeverdachte 1] 150 wilde beuren. [medeverdachte 1] vraagt of ‘hij’ het niet voor 16 wil doen. [verdachte] zegt nee. [26]
die 100 joden en die 50 hmbeige.[medeverdachte 1] zegt dat hij net met [bijnaam medeverdachte 4] heeft gebeld. [verdachte] zegt dat [bijnaam medeverdachte 4] hem ook heeft gebeld. [medeverdachte 1] zegt dat ‘hij’ zei dat jij ( [verdachte] ) langs zou komen, maar jij niet bent geweest. [33]
voor 51 heeft betaald en dat 1650 een goede prijs is. [medeverdachte 1] zegt dat hij heeft gezegd alles voor 1750.[verdachte] zegt dat het goed is. [42]
.[medeverdachte 3] koppelt aan [medeverdachte 1] terug dat hij met de jongen heeft gesproken en de klus niet doorging en dat de 500 een cadeautje was. Vervolgens belt [medeverdachte 1] met [medeverdachte 6] . Laatstgenoemde zegt dat een man 200 euro heeft gebracht. [43]
commercegevonden heeft. [verdachte] zegt dat ze bezig zijn. [medeverdachte 1] zegt dat hij
75wil. [verdachte] vraagt voor wanneer. [medeverdachte 1] zegt voor morgen. [verdachte] zegt dat hij vandaag wel wat regelt; [57]
75 voor morgen, is het goed.” [medeverdachte 4] vraagt hoe laat. [verdachte] zegt twee uur. [58]
vraagt 75. [medeverdachte 1] zegt ja. [59]
dat zaak van mijvandaag toch?” [medeverdachte 1] zegt ja en vraagt of de auto klaar is. [medeverdachte 2] zegt dat dat klaar is. [70]
[medeverdachte 5] zegt dat hij nu 3,5 zakken heeft van telkens een half kilo. [medeverdachte 1] zegt dat Kemal toch vijf heeft gegeven. Er ontstaat een discussie over de hoeveelheid, waarna [medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 5] moet komen. [78]
75 hebben gezegd. [medeverdachte 4] zegt ja. [medeverdachte 1] zegt dat ze
50 hebben gegeven. [medeverdachte 4] zegt dat hij die mensen nu gaat bellen. [medeverdachte 1] zegt
twee hele dingen dicht en eentje is open. [medeverdachte 4] zegt dat hij gaat bellen. [80]
halve kilo en 300 van die anderemoet geven. [medeverdachte 1] zegt daarna dat [medeverdachte 5]
100 chocolademoet geven en toch die
complete 800 of 820 moet geven. [medeverdachte 5] zegt dat hij
820 geeften vraagt of hij ook het geld van 820 moet nemen. [medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 5] het
geld krijgt van 600 en van 10 chocoladeen dat [medeverdachte 5] moet zeggen dat hij tegen hem moet zeggen dat
er 220 gram betaald moet worden. [81]
voor vrijdag 50 willen hebben. [verdachte] vraagt Joden. [medeverdachte 1] zegt
Joden of wat andersen vraagt aan [verdachte] wanneer of hij die 50 vandaag, vrijdag of morgen moet meenemen. [verdachte] zegt dat [medeverdachte 1] dat eerder had moet zeggen omdat hij die niet op hand heeft liggen. [93]
commercenodig hebben. [verdachte] zegt dat vanmorgen [medeverdachte 1] heeft gebeld omdat [naam 6] hem belde. Het gesprek verloopt als volgt:
- [verdachte] : [naam 6] die vertelde mij dat hij die dinge klaar had staan voor ons. Hij was al twee dagen aan het wachten en vroeg wanneer wij die kwamen halen;
- [medeverdachte 1] : wat;
- [verdachte] : die dure handel;
- [medeverdachte 1] : ja;
- [verdachte] : Hij zegt, die heb ik klaar moetje die nog hebben of niet;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Walla ik weet niet, volgens mij
- [medeverdachte 1] : Nee niet zoveel...;
- [verdachte] : En die is klaar die is aan het wachten op ons. plus uh... heb ik tegen hem gezegd over die joden,
- [medeverdachte 1] : ja;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Ja, als jij wil, ik ga vanavond rijden, ik kan die
- [verdachte] : Kan toch ook gewoon beter morgen;
- [medeverdachte 1] : Nee, die jongen moeten morgen hebben, snap je. Ik heb dat gisteren ook gezegd.
- [verdachte] : Ja, dan geef je die morgenvroeg, als we die morgen doen, hoeven we niet twee keer te rijden. Rijden we gewoon een (1) keer, dan kunnen we ook of
- [medeverdachte 1] : Nee dan doe maar zo. Pak maar bij [bijnaam medeverdachte 4] ;
- [verdachte] : Ja?;
- [medeverdachte 1] : Deze keer, 50 voor die man;
- [verdachte] : Ja?
- [medeverdachte 1] : En nog iemand doen
- [verdachte]
- [medeverdachte 1] : Nee, van
- [verdachte] : Hoeveel?;
- [medeverdachte 1] : 75;
- [verdachte] : 75;
- [medeverdachte 1] : Ja weetje waarom, morgen weetje niet of dat zeker is. snap je, voor die bij ....
- [verdachte] : Ohh. en nog iets ..onverstaanbaar.. Ik ben al 4 dagen aan het rennen..;
- [medeverdachte 1] : Ja maar intussen al in die vingers... Als ik terug ben uit Duitsland, rij ik direct daarheen;
- [verdachte] : Bel me maar terug als je thuis bent;
- [medeverdachte 1] : Bel hem maar, bel hem maar dat hij klaar kan maken;
- [verdachte] : Ja, is goed.
50 kilo commerce, 75 hmbeigie en 25 hijaheeft klaargemaakt. [medeverdachte 1] vraagt waarom 25 andere. [verdachte] zegt: “Ja, hij zegt, pak maar gewoon die doos en doe maar gewoon rustig aan kijken hoelang”. [medeverdachte 1] vraagt wat voor een prijs die maakt voor die dure. [verdachte] zegt: “
Hij zegt die dure 1750”. [medeverdachte 1] zegt dat hij gek is. [verdachte] zegt: “
Hij zegt handel is 22 of 23 zegt hij”. [medeverdachte 1] vraagt of [verdachte] die gaat halen. [verdachte] zegt dat het hem vandaag niet lukt en vraagt morgen. [medeverdachte 1] zegt dat morgen goed is. [95]
- [verdachte] : Ja, ik heb hem nu net te pakken gekregen. Ik bel hem op en hij zegt waar je naar toe moet komen;
- [medeverdachte 1] : Wat jij... Ik ben toch al een half uurtje met hem samen;
- [verdachte] : Ben je al samen dan?;
- [medeverdachte 1] : Al een half uurtje man. Hij hebt toch met jou gesproken? Hij heeft verteld, voor jou kan niet vandaag.;
- [verdachte] : Kan niet?;
- [medeverdachte 1] : Hij jou zo gezegd toch?;
- [verdachte] : Hij zegt tegen mij, die ene kan hij jou wel vast meegeven. Hij zegt tegen mij, ik heb tegen jou niet gezegd vandaag. Ik heb gezegd morgen. Maar dat is niet zo. Nu zegt hij, hij kan jou die ene die andere kan hij jou wel meteen meegeven;
- [medeverdachte 1] : Ja weet ik. Ik zegt tegen hem belangrijk is andere man;
- [verdachte] : Ja, heb je die ene wel meegenomen of ook niet?
- [medeverdachte 1] : "Nee, hij heeft mij die durk (fon.) gegeven al. Duren (fon.) wij gaan naar Hilversum die dinge halen, bes (fon.);
- [verdachte] : Tammam;
- [medeverdachte 1] : achterin,
- [verdachte] : Ewa, hij zegt tegen mij je hebt tegen mij gezegd morgen;
- [medeverdachte 1] : Anders zeg maar tegen hem bel hem maar op zeg maar zeer belangrijk.
- [verdachte] : Ik bel hem nu op;
- [medeverdachte 1] : "Zeg maar heel belangrijk, abbe kan wachten uurtje geen probleem.
dieman even gaat bellen. [medeverdachte 1] zegt dat hij bijna in Den Bosch is. [103]
- [medeverdachte 1] : Hij zit voor mij ik rij achter hem;
- [verdachte] : Weer naar Hilversum of wat?;
- [medeverdachte 1] : Hier in de buurt hier ergens zijn twee, drie kilometers.;
- [verdachte] : Alloo, ja habi;
- [medeverdachte 1] : Koopes (fon.) van hem;
- [verdachte] : Ja;
- [medeverdachte 1] : Echt. niet echt -onverstaanbaar- die
- [verdachte] : Is die eros beter?;
- [medeverdachte 1] : Jazeker
- [verdachte] : is duurder ook nog;
- [medeverdachte 1] : Als jij dadelijk die plant ziet dan eh ja ik weet niet wat, wat ie gaat zeggen, het is droog zo ik weet niet wat wat wat;
- [verdachte] : Jonge jonge jonge;
- [medeverdachte 1] : 'me la' (fon.) maar ja beter dan anderen dat is beter dan die die 'atts' (fon.);
- [verdachte] : Hoe laat ben je terug?;
- [medeverdachte 1] : Ja, ik ben zo, ik ben eh, ja twee drie uur ik ben daar, ik ben om negen uur al aan het rijden man;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] : Die 'hartjes';
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] : Zo kleine marlboro, 'harddrop' (fon.);
- [medeverdachte 1] : - onverstaanbaar - wat matje had of wat;
- [verdachte] : "Nee niet die H wat matje heeft dat is wat anders, deze is donker en zo dik en wat anders ja deze is anders.
- [medeverdachte 1] : En die [naam 7] (fon) hel Die heeft mij net gebeld en die zegt zo even tellen hoeveel dat is;
- [verdachte] : Ja dat zeg ik jou toch, je moet altijd tellen;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Kijk Abie (fon) Abie, luister een ding he, je moet altijd eerst naar huis gaan, alles eruit halen, controleren, kijken en van daaruit pas werken (fon);
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Hoeveel?;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Ja;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Ja, gewoon opschrijven;
- [medeverdachte 1] : oke;
- [verdachte] : Moet je mij dadelijk - onverstaanbaar - kijken hoe het daar is;
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] : Jij moet alles opschrijven,
- [medeverdachte 1] : Oke is goed.
die één meter betaalt. [medeverdachte 4] zegt die van gisteren. [medeverdachte 1] zegt dat hij die morgen half betaalt en: “Die 100 meter betaal ik. En pak ik nu nog euh. Honderd euh, honderdvijftig”. [medeverdachte 4] vraagt van die van gisteren. [medeverdachte 1] zegt ja. [medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 4] morgen klaar moet maken en dat hij over twee dagen weet terugbelt als hij het morgen heeft gepakt. [medeverdachte 4] zegt: “Is goed. Ik kijk maar allen voor die euh... die (onverstaanbaar)”. [123]
die van honderd, een (1) meter”. [verdachte] vraagt wat. [medeverdachte 1] zegt die commerce en dat hij ‘hem’ morgen moet betalen en dat hij
nu 150 stuks pakt. [verdachte] vraagt morgen. [medeverdachte 1] zegt dat hij heeft gezegd dat hij rond zes, zeven uur 's avonds bij ‘hem’ is. En: “
Ik neem die een (1) meter plus mee”. [verdachte] zegt dat ze morgen gaan. [124]
die Joden nog gaat halen. [medeverdachte 1] vraagt hoe laat het nu is. [verdachte] zegt dat het half acht is en zegt: “Ik denk niet dat jij hem zo laat nog...” [medeverdachte 1] zegt dat hij ‘hem’ net heeft gesproken en dat hij heeft gezegd over anderhalf, twee uurtjes. [129]
zegt dat het niet 150 maar 130 is. [136]
een (1) meter en dertig;
hem een-vijftig (1-50).Maar maakt niet uit;
130 euro, is dat goed”. [medeverdachte 1] zegt ja. [medeverdachte 2] zegt “Breng niet teveel mee, 130 euro, oke”. [medeverdachte 1] zegt dat het goed is. [141]
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Nee, die dinge floes (fon);
- [verdachte] : Ooh ja;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : 22;
- [medeverdachte 1] : Nog 22?;
- [verdachte] : Ja, tussen mij en hem, wat jij nu gepakt hebt;
- [medeverdachte 1] : Ja, ik hem hem nooit gepakt;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] : “Wat moet jij normaal geven?;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Ja;
- [medeverdachte 1] : Zeven en een half. En hij vraagt die dinge he, hij die geven;
- [verdachte] : Wat?;
- [medeverdachte 1] : Die handel;
- [verdachte] : Ja, heeft hij het toch al weggedaan;
- [medeverdachte 1] : Die zeg zo is goed die man wil terug hebben. Ik zeg ben je gek ik heb die gegeven aan iemand. Ik zeg jij moet wachten twee weken.
- [verdachte] : Heb je al
- [medeverdachte 1] : Euh, nee, ik heb nog niet. Ik heb misschien nog niet
- [verdachte] : He?;
- [medeverdachte 1] : Wacht nog maar een (1), twee dagen. Dan ik kijk, ik regel alles;
- [verdachte] : Yo Abe, het is nou, ik ben nu twee weken daar op aan het wachten Abe. Hij is nou ook een beetje... ik heb hem, ik heb hem, ik heb hem eigenlijk, toen ik zondag bij hem was ik heb hem betaald, die zondag.
- [medeverdachte 1] : Hmm;
- [verdachte] : Nou, nou, niet, niet,
- [medeverdachte 1] : Ik weet het, is lang zat, klopt;
- [verdachte] : Eerlijk is eerlijk;
- [medeverdachte 1] : Maar wacht maar. Ik regel van die jongen nog parra, van die jongen (onverstaanbaar) nog een beetje extra parra krijgen van hem. Als ik die heb dan samen brengen;
- [verdachte] : He?;
- [medeverdachte 1] : Dan gaan we samen brengen (onverstaanbaar);
- [verdachte] : Hoeveel?;
- [medeverdachte 1] : Ik denk morgen, overmorgen.
- [verdachte] : "Kijk, als je, ik moet nu ook kijken, wallah, ik heb ook helemaal niks meer. Abe, dat weetje he;
- [medeverdachte 1] : Ja, ja, ik weet, ik weet;
- [verdachte] : Ik heb alleen die huis, heeft mij al bijna vijf-zesduizend, zeker meer dan vijfduizend euro betaald aan [naam 10] (fan.) daar. Wallah, ik heb geen cent meer Abi.
- Wallah, alles is nog bij jou
- ‘ [medeverdachte 1] : Ja, ik weet;
- [verdachte] : Abi, ik vraag me even af he?;
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Wat?;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Ja;
- [verdachte] : En de keer daarvoor?;
- [medeverdachte 1] : He?;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Daarvoor, daarvoor.
- [verdachte] : 100?;
- [medeverdachte 1] : Ja. Jij weet toch;
- [verdachte] : Ja.
- [medeverdachte 1] : Vijftig?;
- [verdachte] : Ja;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Wat vijftig?;
- [medeverdachte 1] : Wij hebben toch vijftig, jij weet toch;
- [verdachte] : Ja;
- [medeverdachte 1] : Jij weet toch (onverstaanbaar) zijn we toch allemaal klaar.
- [verdachte] : Ja;
- [medeverdachte 1] :
- [verdachte] : Taman (oke)
- [medeverdachte 1] : He?;
- [verdachte] :
- [medeverdachte 1] : Heb je geen winst gekregen van honderd, nee he?;
- [verdachte] : Nee, ik heb alleen winst gekregen van die vijftig. Die heb ik opgeschreven, die heb ik, hebben we, in de lagsap (opm. Marokaans voor rekening) staan. Maar van die honderd...;
- [medeverdachte 1] : Klopt, klopt, ja honderd...;
- [verdachte] : Honderd;
- [medeverdachte 1] : En honderddertig;
- [verdachte] : "Taman (oke), is goed Abi.
duurzaamsamenwerkingsverband. De rechtbank overweegt daartoe dat de leveringen geen zelfstandige incidenten betreffen, maar duidelijk het gevolg zijn van een gestructureerde en georganiseerde handelwijze door een min of meer vaste samenstelling. Hoewel ad hoc bepaalde zaken anders lopen, is er in de verschillende zaakdossiers een duidelijke rode draad in de handelwijze zichtbaar. Het betreft dan ook geen losse feiten, maar er is een duidelijk doel om softdrugs naar Duitsland te transporteren. Het verweer van de raadsman ter zake wordt dan ook verworpen.
5.De strafbaarheid
6.De straf en/of de maatregel
7.Het beslag
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
parketnummer 04/650261-09 primairten laste gelegde;
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 5 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte voor het onder
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
teruggavevan de volgende in beslag genomen voorwerpen aan
verdachte: