ECLI:NL:RBGEL:2013:BZ9697
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.M. Maanicus
- P.C. Quak
- J.M. Hamaker
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in een zedendelict wegens veronachtzaming van de belangen van de verdachte
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 8 mei 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van een zedendelict, gepleegd tegen een minderjarige. De rechtbank heeft geoordeeld dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging. Dit oordeel is gebaseerd op de lange periode van meer dan 26 maanden tussen de aangifte en de aanhouding van de verdachte, waarbij het Openbaar Ministerie prioriteit gaf aan andere zaken. Hierdoor is de verdachte in zijn recht op een eerlijke behandeling tekortgedaan, omdat hij niet in staat was om zijn alibi te onderbouwen of tegenonderzoek te verrichten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de fouten in het opsporingsonderzoek, samen met het tijdsverloop, de verdachte de mogelijkheid hebben ontnomen om zich adequaat te verdedigen. De rechtbank heeft ook de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard, omdat het Openbaar Ministerie niet alleen de belangen van de verdachte, maar ook die van de benadeelde partij uit het oog heeft verloren. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige procesorde en de noodzaak om de rechten van de verdachte te waarborgen, vooral in ernstige zaken zoals zedendelicten.