ECLI:NL:RBLIM:2015:669

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
28 januari 2015
Publicatiedatum
28 januari 2015
Zaaknummer
3737142 AZ VERZ 14-290
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.F.W. Huinen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst en toekenning vergoeding wegens bedrijfsorganisatorische redenen

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 28 januari 2015 uitspraak gedaan in een ontbindingsverzoek van Chromaflo Technologies B.V. tegen een verweerster, die sinds 7 oktober 2008 in dienst was als Supply Chain Coordinator. Chromaflo verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met ingang van 1 februari 2015, onder toekenning van een vergoeding van € 40.300,00 bruto. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er bedrijfsorganisatorische redenen zijn die de ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigen, zonder dat aan de verweerster een verwijt kan worden gemaakt. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er sprake is van een verandering in omstandigheden die de beëindiging van het dienstverband billijk maakt. De aangeboden vergoeding van Chromaflo is als redelijk aangemerkt, en de kantonrechter heeft deze toegewezen. Tevens zijn de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer: 3737142 AZ VERZ 14-290
Beschikking van de kantonrechter van 28 januari 2015
op een verzoek van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CHROMAFLO TECHNOLOGIES B.V.,
gevestigd te Maastricht,
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. J.T. de Bok
tegen
[verweerster],
wonend aan de [adres]
[woonplaats],
verwerende partij,
gemachtigde: mr. L.M.J. Corvers
Partijen zullen hierna Chromaflo en [verweerster] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Door partijen zijn de volgende processtukken ingediend:
  • een verzoekschrift, per fax ontvangen op 31 december 2014,
  • een verweerschrift, per fax ontvangen op 31 december 2014.
1.2.
Het verzoek van Chromaflo is mondeling behandeld ter zitting van de kantonrechter op 27 januari 2015, waar Chromaflo is verschenen bij gemachtigde en [verweerster] in persoon is verschenen, bijgestaan door haar voornoemde gemachtigde.
1.3.
Van het verhandelde ter zitting is door de griffier aantekening gehouden.
1.4.
Ten slotte is uitspraak bepaald.

2.De feiten

2.1.
[verweerster] (geboren op 31 augustus 1971) is sinds 7 oktober 2008 bij Chromaflo in
dienst laatstelijk op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd in de functie van Supply Chain Coordinator. Het laatstverdiende loon bedraagt € 4.440,00 bruto per maand, exclusief vakantiebijslag en emolumenten.

3.Het geschil

3.1.
Chromaflo verzoekt de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst met [verweerster] te ontbinden met ingang van 1 februari 2015 onder toekenning van een vergoeding van
€ 40.300,00 bruto, kosten rechtens.
3.2.
[verweerster] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter heeft zich ervan vergewist dat het verzoek tot ontbinding geen verband houdt met het bestaan van één van de opzegverboden zoals bedoeld in de artt. 7:647, 7:648, 7:670 of 7:670a BW of met enig ander bijzonder verbod tot opzegging van de arbeidsovereenkomst.
4.2.
Chromaflo heeft – kort gezegd – aan haar verzoek ten grondslag gelegd dat er door bedrijfsorganisatorische redenen meerdere posities zijn komen te vervallen en dat ook de functie van [verweerster] boventallig is geworden. Er is een Sociaal Plan van toepassing. Binnen Chromaflo is geen functie vacant die voor [verweerster], gezien haar kennis en ervaring, als passend kan worden aangemerkt. Een dergelijke functie zal evenmin op korte termijn beschikbaar komen. [verweerster] kan geen verwijt worden gemaakt ten aanzien van de ontstane situatie. Gelet op het voorgaande is er sprake van veranderingen in de omstandigheden, die van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst met [verweerster] billijkheidshalve behoort te eindigen. Chromaflo acht het verder billijk dat bij een ontbinding met ingang van 1 februari 2015 ten laste van haar een vergoeding als bedoeld in art. 7:685 BW aan [verweerster] wordt toegekend van € 40.300,00 bruto. Mocht de kantonrechter van oordeel zijn dat de arbeidsovereenkomst kan worden ontbonden met ingang van 1 februari 2015 onder toekenning van voornoemde vergoeding, dan ziet Chromaflo af van haar recht op intrekking van het verzoek, aldus Chromaflo.
4.3.
[verweerster] heeft tegen toewijzing van het verzoek gemotiveerd verweer gevoerd, maar onderkent niettemin de noodzaak het dienstverband wegens voormelde reden te beëindigen.
4.4.
De kantonrechter is van oordeel dat voldoende aannemelijk is geworden dat – zonder dat aan [verweerster] daarvan een verwijt kan worden gemaakt – sprake is van een verandering in omstandigheden, die tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst dient te leiden. De kantonrechter zal de arbeidsovereenkomst dan ook ontbinden met ingang van
1 februari 2015.
4.5.
Chromaflo heeft aangeboden een vergoeding naar billijkheid ten behoeve van [verweerster] te voldoen ten bedrage van € 40.300,00 bruto, waarin [verweerster] zich kan vinden. De kantonrechter is van oordeel dat, alle omstandigheden van het geval in aanmerking genomen, de door Chromaflo aangeboden vergoeding dient te worden aangemerkt als redelijk, zodat hij overeenkomstig het aanbod een vergoeding aan [verweerster] zal toekennen.
4.6.
Nu Chromaflo zich uitdrukkelijk tot betaling van de toe te kennen vergoeding bereid heeft verklaard, kan reeds aanstonds een eindbeslissing worden gegeven.
4.7.
De kantonrechter acht termen aanwezig de proceskosten te compenseren in die zin, dat iedere partij haar eigen kosten draagt.

5.De beslissing

5.1.
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen Chromaflo en [verweerster] met ingang van
1 februari 2015,
5.2.
kent daarbij aan [verweerster] ten laste van Chromaflo een vergoeding toe van
€ 40.300,00 bruto,
5.3.
veroordeelt Chromaflo tot betaling van het onder 5.2. genoemde bedrag aan [verweerster],
5.4.
compenseert de proceskosten in die zin dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.F.W. Huinen en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: JC