Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift;
- de mondelinge behandeling.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft verzoekster, die op 21 mei 2010 slachtoffer werd van een verkeersongeval veroorzaakt door een verzekerde van verweerster ASR Schadeverzekering N.V., een deelgeschil aanhangig gemaakt over de vergoeding van buitengerechtelijke kosten. ASR heeft aansprakelijkheid erkend, maar weigert een bedrag van € 6.480,66 aan buitengerechtelijke kosten te vergoeden, ondanks dat verzoekster al een deel van de kosten heeft betaald. De rechtbank Limburg heeft op 3 september 2015 geoordeeld dat de gevorderde kosten redelijk zijn en dat deze kosten in redelijkheid zijn gemaakt in het kader van de vaststelling van de schade en aansprakelijkheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat de buitengerechtelijke kosten moeten worden begroot op basis van artikel 6:96 BW en niet op de PIV-staffel, die geen bindende kracht heeft. De rechtbank heeft ASR veroordeeld tot betaling van de openstaande buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft ook de proceskosten toegewezen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.