Uitspraak
6.Artikel 1 van de Wet rechten burgerlijke stand luidt als volgt:
10.Het beroep is ongegrond.
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft eiser op 31 juli 2012 een aanvraag ingediend voor een afschrift van een geboorteakte, waarvoor de gemeente Roermond leges heeft geheven ter hoogte van € 11,80. Eiser is het niet eens met deze legesheffing en stelt dat er geen individualiseerbaar belang is voor deze heffing, en dat de gemeentelijke verordening waarop de leges zijn gebaseerd onverbindend is. De rechtbank Limburg heeft de zaak behandeld en is van oordeel dat er wel degelijk een wettelijke grondslag is voor het heffen van leges voor het verstrekken van een afschrift van een geboorteakte, zoals vastgelegd in de Wet rechten burgerlijke stand. De rechtbank oordeelt dat de verwijzing van eiser naar een eerdere uitspraak van de Hoge Raad niet opgaat in deze context. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard, waarbij zij heeft overwogen dat de heffing van leges rechtmatig is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan op 24 december 2014 door rechter F.H. Machiels, in aanwezigheid van griffier W.A.M. Bocken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te ’s-Hertogenbosch.