ECLI:NL:RBLEE:2007:AZ7832

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
1 februari 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
17/080010-96 TBS
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling van een veroordeelde met twee jaar

In deze zaak heeft de rechtbank Leeuwarden op 1 februari 2007 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een veroordeelde, die momenteel verblijft in de Dr. S. van Mesdagkliniek te Groningen. De officier van justitie had verzocht om de termijn van tbs met twee jaar te verlengen. Tijdens de zitting op 18 januari 2007 waren de veroordeelde, diens raadsman mr. J. Boksem, en verschillende deskundigen aanwezig. De rechtbank heeft de relevante stukken, waaronder rapporten van het behandelteam en psychologen, in overweging genomen.

De raadsman pleitte voor een verlenging van de tbs met één jaar, zodat de rechtbank de voortgang van de behandeling kon monitoren. De rechtbank oordeelde echter dat het niet haar taak was om inhoudelijke adviezen te geven over de behandeling van de veroordeelde, aangezien dit de verantwoordelijkheid is van de behandelende kliniek. De rechtbank benadrukte dat de verpleging van de veroordeelde plaatsvindt op basis van overheidsaanwijzing, en dat de deskundigen van de kliniek de behandeling moeten vormgeven.

Na beoordeling van de adviezen en de toestand van de veroordeelde, concludeerde de rechtbank dat de delictgevaarlijkheid nog steeds aanwezig was en dat de veiligheid van anderen een verlenging van de tbs vereiste. De rechtbank besloot daarom om de termijn van terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, in plaats van de door de raadsman voorgestelde één jaar. Deze beslissing is genomen op basis van de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht en is uitgesproken in een openbare zitting.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector straf
parketnummer 17/080010-96
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 1 februari 2007 op een vordering van de officier van justitie tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling
in de zaak tegen
[veroordeelde],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
thans verblijvende in de Dr. S. van Mesdagkliniek te Groningen.
Procesverloop
De officier van justitie heeft schriftelijk gevorderd dat de rechtbank de termijn van terbeschikkingstelling van de veroordeelde zal verlengen met twee jaar.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 18 januari 2007, waarbij aanwezig waren de veroordeelde, diens raadsman mr. J. Boksem, de officier van justitie, [getuige-deskundige 1], [getuige-deskundige 2] en [getuige-deskundige 3] als getuige-deskundigen. De rechtbank heeft acht geslagen op de stukken, waaronder
- het rapport met advies van het behandelteam van de inrichting waar de veroordeelde van overheidswege wordt verpleegd, d.d. 14 november 2006;
- het rapport van [naam], psycholoog, en [getuige-deskundige 3], psychiater, d.d. 21 december 2006;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de veroordeelde.
Motivering
De raadsman heeft de rechtbank ter terechtzitting verzocht om in haar beslissing een inhoudelijk advies ten aanzien van de behandeling op te nemen, inhoudende dat er door de behandelende kliniek expliciet stappen op papier gezet worden op het gebied van resocialisatie van de veroordeelde. Tevens bepleit de raadsman een verlenging van de tbs met één jaar zodat de rechtbank de vinger aan de pols kan houden en over een jaar kan toetsen wat er daadwerkelijk is gebeurd.
De rechtbank is van oordeel dat het haar bevoegdheid te buiten gaat om adviezen te geven aangaande de inhoud van de behandeling van de veroordeelde. Zij beschouwt dit als een taak die geheel toekomt aan de behandelende kliniek en laat de invulling van de behandeling dan ook volledig over aan de expertise van de daar werkzame deskundigen. Daarbij is van belang dat de verpleging van de veroordeelde geschiedt van overheidswege en in het bijzonder krachtens aanwijzing van de minister van justitie (artikelen 37b en 37c van het wetboek van strafrecht). De rechtbank heeft daarin geen taak.
De rechtbank is op grond van het uitgebrachte advies en de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de veroordeelde tot het oordeel gekomen dat de delictgevaarlijkheid ook thans nog van dien aard is dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen een voortzetting van de terbeschikkingstelling vereisen nu de psychische problematiek die ten grondslag lag aan de door de veroordeelde gepleegde delicten nog (onveranderd) aanwezig is. In het licht van het vorenstaande en de adviezen die door de deskundigen zijn uitgebracht ziet de rechtbank geen aanleiding om de tbs met slechts één jaar te verlengen.
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht.
Beslissing
De rechtbank verlengt de termijn gedurende welke [veroordeelde] voornoemd ter beschikking is gesteld met twee jaren.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.H. Severein, voorzitter, mr. P.G. Wijtsma en mr. M.R. de Vries, rechters, bijgestaan door mr. F.F. van Emst, griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 1 februari 2007.