ECLI:NL:RBLEE:2006:AV0154
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens dringende reden door oplichting en feitelijke uitvoering door tweelingbroer
In deze zaak heeft Sterk Heiwerken B.V. verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [werknemer] op grond van dringende redenen, zoals vastgelegd in artikel 7:685 van het Burgerlijk Wetboek. De verzoekster, vertegenwoordigd door Mr. J. Werle, heeft aangevoerd dat [werknemer] niet zelf de werkzaamheden heeft verricht, maar dat zijn tweelingbroer dit in zijn plaats heeft gedaan. Dit heeft geleid tot een aangifte van oplichting door Sterk Heiwerken bij de officier van justitie te Leeuwarden. Ondanks herhaalde oproepen is [werknemer] niet verschenen op de zitting van 16 januari 2006, wat de situatie verder bemoeilijkte.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat [werknemer] sinds 13 maart 1996 in dienst was bij Sterk Heiwerken als kraanmachinist, met een bruto salaris van € 2.296,- per vier weken. De kantonrechter heeft de onduidelijkheid over wie de werkzaamheden daadwerkelijk heeft uitgevoerd als een dringende reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst beschouwd. [werknemer] heeft in een handgeschreven briefje aangegeven dat hij altijd zelf heeft gewerkt, maar dit werd als onvoldoende bewijs gezien om de onduidelijkheid weg te nemen.
Daarnaast heeft [werknemer] erkend dat hij een valse verklaring heeft afgelegd toen hij werd aangehouden voor rijden onder invloed, door de naam van een collega te gebruiken. Deze gedraging, samen met de onduidelijkheid over de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, heeft de kantonrechter doen besluiten dat er sprake is van een dringende reden voor ontbinding. De kantonrechter heeft de ontbinding van de arbeidsovereenkomst met ingang van 16 januari 2006 toegewezen en de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.