ECLI:NL:RBHAA:2012:CA1150
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.C.M. Rutten
- S.C.A. van Kuijeren
- H.A. Stalenhoef
- Rechtspraak.nl
Medeplegen van opzettelijke invoer van cocaïne op Schiphol
In deze zaak heeft de rechtbank Haarlem op 31 oktober 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van de opzettelijke invoer van circa 3.009,8 gram cocaïne. De verdachte, geboren in Suriname en thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Zwaag Hoorn, werd op 6 juli 2012 op Schiphol aangehouden. De rechtbank oordeelde dat de ingevoerde hoeveelheid cocaïne van dien aard was dat deze bestemd moest zijn voor verdere verspreiding en handel. De rechtbank benadrukte de schadelijkheid van cocaïne voor de gezondheid van personen en de criminaliteit die daarmee gepaard gaat.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met zijn broer, die werkzaam was op Schiphol, een actieve rol heeft gespeeld in de organisatie die zich bezighoudt met de handel in verdovende middelen. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het afhalen van een drugskoerier en heeft gebruik gemaakt van de Schipholpas en bedrijfskleding van zijn broer, wat de rechtbank als bijzonder laakbaar beschouwde. De rechtbank heeft de verklaring van de verdachte dat hij geen weet had van de invoer van de cocaïne als ongeloofwaardig verworpen.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarbij de tijd die hij in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht. De rechtbank heeft de ernst van het bewezenverklaarde feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan in overweging genomen bij het bepalen van de strafmaat. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffiers en is openbaar uitgesproken.