ECLI:NL:RBHAA:2010:BL8305
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.C. Terwiel-Kuneman
- G. Guinau
- I.M. Ludwig
- Rechtspraak.nl
Oplegging van een bestuurlijke boete wegens overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 17 maart 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Eiser, die eigenaar is van een woning, werd door verweerder aangemerkt als werkgever in de zin van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) en kreeg een bestuurlijke boete opgelegd van € 8.000,- wegens het tewerkstellen van twee vreemdelingen zonder de vereiste tewerkstellingsvergunningen. De rechtbank oordeelde dat verweerder terecht had vastgesteld dat eiser de vreemdelingen arbeid had laten verrichten zonder de benodigde vergunning. Eiser had aangevoerd dat hij nog in onderhandeling was met een aannemer en dat de vreemdelingen slechts uit verveling werkzaamheden hadden verricht. De rechtbank verwierp dit argument en stelde vast dat de vreemdelingen feitelijk arbeid verrichtten ten dienste van eiser, waardoor hij als werkgever kon worden aangemerkt.
De rechtbank overwoog verder dat de verklaringen van de vreemdelingen, die via een telefonische tolk waren gehoord, voldoende betrouwbaar waren. De rechtbank baseerde zich op eerdere jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, die bevestigde dat proces-verbaal op ambtseed of ambtsbelofte moet worden aangenomen, tenzij er bijzondere omstandigheden zijn die dit in twijfel trekken. Aangezien eiser niet ter zitting was verschenen, kon hij zijn standpunten niet verder toelichten. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en wees de proceskostenveroordeling af. De uitspraak is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.