ECLI:NL:RBHAA:2009:BK5400
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.E.A. Toeter
- T. Avedissian
- L.M. Kos
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van minderjarige verdachte in brandstichtingszaak te Volendam
In de zaak tegen een minderjarige verdachte, die beschuldigd werd van opzettelijke brandstichting, heeft de Rechtbank Haarlem op 4 december 2009 uitspraak gedaan. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de tenlastelegging, omdat niet bewezen kon worden dat hij een actieve rol had gespeeld in de handelingen die tot de brand leidden. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet zelf handelingen had verricht die tot de brand hebben geleid en dat er geen sprake was van nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachten. De rechtbank erkende echter dat de verdachte wel een sfeer had gecreëerd die het handelen van zijn medeverdachte mogelijk maakte, wat als kwalijk werd beschouwd.
De zaak vond plaats op 11 februari 2009 in Volendam, waar de verdachte samen met andere jongeren in een leegstaand pand aanwezig was. Na verloop van tijd verlieten de meeste jongeren het pand, maar de verdachte bleef samen met twee medeverdachten. De medeverdachte had eerder gesproken over het in brand steken van het pand. Uiteindelijk gooide hij lampolie over een zitbank en stak deze in brand, wat leidde tot de brand in het pand. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de verdachte een rol had gespeeld in het creëren van een gevaarlijke situatie, dit niet voldoende was om hem schuldig te verklaren aan de brandstichting zelf.
De rechtbank besloot dat de dagvaarding geldig was en dat er geen redenen waren voor schorsing van de vervolging. De verdachte werd vrijgesproken van de tenlastelegging en het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis werd opgeheven. Deze uitspraak benadrukt het belang van bewijsvoering in strafzaken, vooral wanneer het gaat om de rol van minderjarigen in criminele activiteiten.