2.1 Ingevolge artikel 4.3.2 Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Bloemendaal 2007 is het verboden zonder vergunning van het college houtopstand te vellen of te doen vellen.
2.2 Ingevolge artikel 4.3.3, aanhef en onder a, kan de vergunning in elk geval worden geweigerd op grond van een aantal aldaar met name genoemde gronden. Daartoe behoren de natuurwaarde van de houtopstand, de landschappelijke waarde daarvan, de waarde voor stads-en dorpsschoon, de beeldbepalende waarde van de houtopstand alsmede de cultuurhistorische waarde daarvan.
2.3 De onderhavige kap geschiedt met het oog op de realisatie van het plan Tetrode. Dit plan omvat de bouw van 85 woningen op het nu braak liggende terrein van het voormalige Marinehospitaal te Overveen alsmede de herinrichting van dit terrein. Ingevolge het ter plaatse geldende bestemmingsplan Zijlweg-West e.o. mag op dit terrein slechts worden gebouwd overeenkomstig een goedgekeurde uitwerking. Ten behoeve van die uitwerking is in artikel 24 (Beschrijving in hoofdlijnen) bepaald dat de waardevolle bomen aangegeven op de bijbehorende groenkaart moeten worden gehandhaafd. Dit geldt ingevolge dit artikel ook voor andere waardevolle groene elementen. Ten behoeve van de voorgenomen bouw en herinrichting is vrijstelling verleend van deze uitwerkingsverplichting alsmede bouwvergunning. Het beroep van eisers tegen voormelde besluiten heeft de rechtbank bij uitspraak van heden onder nummer AWB 08-4839 ongegrond verklaard.
2.4 De kapvergunning betreft in totaal 255 bomen en voorziet in een herplantplicht voor 41 bomen. Van deze 255 bomen komen 16 bomen/bomengroepen voor op de zogenoemde groenkaart van het ter plaatse vigerende bestemmingsplan Zijlweg-West e.o.. De motivering van het besluit tot vergunningverlening is bij het thans bestreden besluit aangevuld, zulks mede naar aanleiding van het advies van de Commissie van advies voor de bezwaar- en beroepschriften, waarin een motiveringsgebrek werd geconstateerd ten aanzien van de bomen aan welke in het vigerende bestemmingsplan een cultuurhistorische waarde is toegekend. De kern daarvan vormt het volkshuisvestingsbelang en het belang van de ruimtelijke ontwikkeling van het project Tetrode, rekening houdend met de hoofddoelstelling van het bestemmingsplan om op de desbetreffende locatie een intensief woningbouwprogramma te realiseren met een hoogwaardig parkachtig woonmilieu in een open landschapsstijl en gezien onder meer de waterhuishoudkundige belangen.
2.5 De grieven van eisers betreffen in de kern de door verweerder in het kader van de toepassing van artikel 4.3.3a APV verrichte belangenafweging. Verder hebben eisers er op gewezen dat verweerder met het verlenen van de vergunning heeft gehandeld in strijd met artikel 28 juncto artikel 58 Gemeentewet en artikel 2:4 van de Algemene wet bestuursrecht. Ook de niet-ontvankelijkverklaring van een deel der bezwaarden tenslotte vormt deel der grieven van eisers.
2.6 De rechtbank stelt met betrekking tot dit laatste punt vast dat het aantal tegen het besluit opgekomen natuurlijke personen omvangrijk is. De rechtbank zal, nu dit geen invloed heeft op de inhoudelijke beoordeling van het geschil, voorbij gaan aan de vraag of een verweerder aantal van hen al dan niet terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard in hun bezwaar.
2.7 Ten aanzien van de Vereniging Marinehospitaalterrein, de Stichting Bescherming Erfgoed Zuid-Kennemerland, de Stichting Ons Bloemendaal en de Bomenstichting overweegt de rechtbank dat genoegzaam is gebleken dat deze krachtens hun statutaire doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden rechtstreeks bij het bestreden besluit betrokken belangen behartigen in de zin van artikel 1:2, eerste en derde lid, Awb.
2.8 Met betrekking tot de inhoudelijke kernvraag - de vraag naar de redelijkheid van de verrichte belangenafweging in die gevallen waarin er voor de bomen sprake is van een weigeringsgrond als bedoeld in de APV - is de rechtbank van oordeel dat niet gezegd kan worden dat verweerder, alle belangen afwegende, niet tot het thans bestreden besluit heeft kunnen komen. De motivering zoals verweerder die uiteindelijk aan zijn besluitvorming ten grondslag heeft gelegd, is voldoende dragend. Daarbij is in aanmerking genomen dat van de 16 te kappen en in het bestemmingsplan als beschermenswaardig geduide bomen (slechts) een 9-tal dient te worden gekapt (mede) in verband met de voorgenomen bouw, de aanleg van waterpartijen op het terrein en/of de aanleg van verharding en dat de reden voor de kap van de overige 7 bomen is gelegen in een gebrek aan vitaliteit daarvan.
2.9 Dat, zoals eisers betogen, de beslissing inzake de kapvergunning niet zorgvuldig is voorbereid, is de rechtbank niet gebleken. De bomen zijn immers meerdere malen bekeken en onderzocht door Hollandschap, door het gemeentelijk team Groenvoorzieningen en bij drie bomen, vanwege gerezen twijfel, bovendien door een onafhankelijk boomtechnisch adviesbureau. Ook de bomen met een stamdiameter van 10-20 cm zijn onderzocht alvorens deze bomen toe te voegen aan de reeds eerder opgemaakte lijst van te kappen bomen/boomgroepen.
2.10 De kapvergunning is voorts niet genomen in strijd met de Monumentenwet 1988, nu de tuin (voorheen) behorende tot de Villa Tetterode niet is aangewezen als rijksmonument. De rechtbank verwijst hierbij kortheidshalve naar hetgeen dienaangaande is overwogen in de hierboven genoemde uitspraak van heden inzake AWB 08-4839.
2.11 De rechtbank is verder van oordeel dat niet is gebleken van in rechte te honoreren verwachtingen omtrent het uitblijven van de kap van bomen op het onderhavige terrein. Het gaat hier in dezen om niet meer of anders dan uitlatingen van de betrokken wethouder in 2004 in een vergadering van de raad van de gemeente waaruit bleek - kortweg - van de intentie om op het onderhavige terrein geen bomen te kappen, maar met de clausulering dat een en ander niet kon worden uitgesloten.
2.12 Met betrekking tot de grief dat er sprake is van ongeoorloofde belangenverstrengeling omdat de binnen het college van burgemeester en wethouders voor het plan verantwoordelijke projectwethouder tevens is ingeschreven als belangstellende voor een woning in Park Tetrode overweegt de rechtbank als volgt.
2.13 Ingevolge artikel 2:4 Awb vervult het bestuursorgaan zijn taak zonder vooringenomenheid. In het tweede lid van dit artikel is bepaald dat het bestuursorgaan ertegen waakt dat tot het bestuursorgaan behorende of daarvoor werkende personen die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, de besluitvorming beïnvloeden.
2.14 Ingevolge artikel 28, eerste lid, onder a, Gemeentewet neemt een lid van de raad neemt niet deel aan de stemming over een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken.