ECLI:NL:RBHAA:2007:BC8838
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering leerlinggebonden financiering en toelating tot onderwijssoort in cluster 4
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 20 december 2007 uitspraak gedaan in een geschil over de weigering van leerlinggebonden financiering en toelating tot een onderwijssoort in cluster 4. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde D. Kerkhof van MEE Noordwest-Holland, had een aanvraag ingediend voor leerlinggebonden budget, welke op 19 september 2006 door verweerder was afgewezen. Verweerder, de Commissie voor Indicatiestelling, verklaarde het bezwaar van eiser op 27 februari 2007 ongegrond, verwijzend naar een advies van de Bezwaar Advies Commissie van 13 februari 2007.
De rechtbank oordeelde dat verweerder een onjuist criterium had gehanteerd bij de beoordeling van de aanvraag. De rechtbank stelde vast dat de conclusie van verweerder niet voldoende gemotiveerd was in het bestreden besluit, en dat er geen verwijzing was naar de relevante regelgeving. Dit leidde tot de conclusie dat de weigering om eiser in aanmerking te brengen voor leerlinggebonden financiering niet kon standhouden. De rechtbank benadrukte dat het Besluit leerlinggebonden financiering enkel spreekt over 'een beperking' en niet over een 'structurele beperking', wat een belangrijke nuance is in de beoordeling.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser gegrond en vernietigde het bestreden besluit van 27 februari 2007. Tevens werd er geen proceskostenveroordeling uitgesproken ten aanzien van verweerder, omdat er geen voor vergoeding in aanmerking komende proceskosten waren aangetoond. De uitspraak werd gedaan door mr. I.M. Ludwig, rechter, en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier mr. Y.R. Boonstra - van Herwijnen.