ECLI:NL:RBHAA:2005:AU0172

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
6 juli 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
269812
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toegang tot erotische websites en de gevolgen van een try-outmembership

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Haarlem op 6 juli 2005 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap LIS B.V. en een gedaagde partij die in persoon procedeerde. De eisende partij, LIS B.V., vorderde betaling van een bedrag van € 454,24 van de gedaagde, die zich volgens LIS had aangemeld voor een 'try-outmembership' op een van hun erotische websites. De gedaagde ontkende ooit een dergelijk lidmaatschap te hebben aangegaan en stelde dat hij pas op 6 mei 2004 door LIS was benaderd voor betaling. De kantonrechter heeft de gedingstukken, waaronder de dagvaarding en het tussenvonnis van 1 juni 2005, in overweging genomen en vastgesteld dat de gedaagde zich wel degelijk had aangemeld voor het lidmaatschap, wat leidde tot een automatische omzetting naar een betaald 'Gold-membership' na het verstrijken van de proefperiode.

De rechter concludeerde dat de gedaagde welbewust had gehandeld bij de aanmelding en dat er geen sprake was van een ongelukje tijdens het surfen op het web. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde geen plausibele verklaring had voor de persoonlijke gegevens die in het dossier van LIS waren opgenomen, en dat de gedaagde niet tijdig had opgezegd, waardoor hij zich automatisch had verbonden aan het betaalde lidmaatschap. De vordering van LIS werd dan ook toegewezen, en de gedaagde werd veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en kosten.

De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van gebruikers bij het aangaan van online lidmaatschappen en de gevolgen van het niet tijdig opzeggen van dergelijke overeenkomsten. De kantonrechter heeft de gedaagde ook veroordeeld in de proceskosten, wat gebruikelijk is in civiele procedures waar de gedaagde in het ongelijk wordt gesteld.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
sector kanton, locatie Haarlem
vonnisdatum: 6 juli 2005
De kantonrechter heeft in de zaak van :
de besloten vennootschap LIS B.V.,
te Emmen,
eisende partij,
gemachtigde: mr. G.F.M.G. Heutink,
--- tegen ---
[gedaagde]
te [woonplaats]
gedaagde partij,
gemachtigde: geen (procedeert in persoon),
het navolgende vonnis gewezen.
De kantonrechter heeft bij het wijzen van dit vonnis acht geslagen op de gedingstukken, zijnde de dagvaarding, het antwoord, het tussenvonnis van 1 juni 2005 waarbij een comparitie van partijen gelast is, de notitie in verband met comparitie van partijen, de in het geding gebrachte producties alsmede de aantekeningen die de griffier gemaakt heeft bij gelegenheid van de in deze zaak op 27 juni 2005 gehouden comparitie. De inhoud van de gedingstukken geldt als hier ingelast.
Bij het afsluiten van de comparitie van partijen is vonnis bepaald op heden.
Partijen worden hierna Lis en [gedaagde] genoemd.
RECHTSOVERWEGINGEN.
1. Lis vordert van [gedaagde], naast nevenvorderingen, betaling van een bedrag groot € 454,24. Ter adstructie van de vordering voert Lis aan dat zij verschillende erotische websites exploiteert die de mogelijkheid bieden tot het afsluiten van diverse abonnementen. [gedaagde] heeft zich begin november 2003 op een van die sites aangemeld voor een “try-outmembership”. Een “try-outmembership” is gratis en bestrijkt tien dagen. Na die periode wordt, als een (tijdige) schriftelijke opzegging achterwege blijft, het proefabonnement automatisch omgezet in een betaald “membership”. [gedaagde] heeft zijn “try-outmembership” niet (tijdig) opgezegd zodat hij zich automatisch verbonden heeft aan een “Gold-membership” à raison van € 129,95 per kwartaal. Ter zake van dat abonnement c.q. lidmaatschap maakt Lis aanspraak op betaling van € 259,90, thans vermeerderd met € 69,34 aan rente en € 125,-- aan buitengerechtelijke incassokosten. Alles bij elkaar gaat het om een bedrag als in de eerste volzin weergegeven.
2. [gedaagde] heeft de vordering van Lis gemotiveerd weersproken. In dat kader bestrijdt hij ooit een “try-outmembership” te zijn aangegaan. [gedaagde] stelt nimmer van Lis te hebben gehoord, totdat hij op 6 mei 2004 door de gemachtigde van Lis tot betaling gesommeerd is.
3. Uit de overgelegde producties en uit het ter zitting verhandelde komt naar voren dat iemand met de naam, het adres, de geboortedatum, en de twee destijds door [gedaagde] gebruikte e-mailadressen zich bij Lis heeft aangemeld voor een “try-outmembership” als onder 1. bedoeld , welk “membership” bij gebreke van opzegging is over gegaan in een “Gold-membership”. De persoon in kwestie heeft per e-mail een wachtwoord verstrekt gekregen en per post een inlogcode. Op de computer zijn zowel wachtwoord als inlogcode ingevuld, waardoor bij Lis het IP-adres van de daarbij gebruikte computer bekend is geworden.
In dezen is sprake van een welbewust handelen, van een “ongelukje” als gevolg van het surfen op het web is geen sprake, het gaat hier heel duidelijk om een aanmeldingsprocedure met verschillende stadia en handelingen waarbij niet alleen gegevens door de aanmelder zijn ingevuld maar de aanmelder ook gegevens zijn verstrekt, welke gegevens vervolgens zijn gebruikt. Alles wijst erop dat [gedaagde] degeen geweest is die zich bij Lis heeft aangemeld. [gedaagde] ontkent die aanmelding weliswaar, maar voor de verschillende [gedaagde] persoonlijk betreffende gegevens in het dossier van Lis, alle correct, heeft [gedaagde] geen plausibele verklaring. [gedaagde] ontkent ook dat hij ooit voor de sommatie van 6 mei 2004 van Lis gehoord heeft, maar hoe valt dan te verklaren dat de inlogcode die naar het huisadres van [gedaagde] gestuurd is en het wacht-woord dat naar [gedaagde]s e-mailadres gestuurd is, zijn gebruikt? Weliswaar komt op de stukken waarbij wachtwoord en inlogcode bekend gemaakt zijn de naam van Lis niet met zoveel woorden voor, maar wel de aanduiding “erowatch”, een van de namen waaronder Lis opereert.
[gedaagde] betoogt nog dat zijn computer een andere IP-adres heeft dan Lis in de stukken opgeeft, maar dat enkele feit zegt de kantonrechter niets nu het “try-outmembership” heel goed geactiveerd kan zijn op een andere computer dan de computer waarover [gedaagde] thans beschikt en/of destijds beschikte.
Naar het oordeel van de kantonrechter dient de vordering van Lis als onvoldoende gemotiveerd bestreden te worden toegewezen. In dit verband is van belang dat uit niets blijkt dat de vordering van Lis betrekking heeft op de periode nadat [gedaagde] Lis te kennen gegeven heeft het lidmaatschap niet op prijs te stellen.
4. [gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij veroor-deeld worden in de kosten van deze procedure.
BESLISSING.
De kantonrechter:
veroordeelt [gedaagde] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Lis te betalen de somma van € 454,24 vermeerderd met de contractuele rente over een bedrag van € 259,90 vanaf 5 april 2005 tot aan de algehele voldoening,
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de kant van Lis begroot op € 424,93, waaronder € 200,-- aan salaris gemachtigde en verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. S.R. Mellema, kantonrechter, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 6 juli 2005 in tegenwoordigheid van de griffier.