RECHTBANK GRONINGEN
Sector Civielrecht
zaaknr.: 131531 / FA RK 12-99
beschikking d.d. 3 februari 2012
[naam],
wonende te [adres],
verzoekster,
hierna te noemen de vrouw,
advocaat mr. E.J. Luursema,
[naam],
wonende te [adres],
verweerder,
hierna te noemen de man,
advocaat M. Helmantel.
De vrouw heeft verzocht voorlopige voorzieningen vast te stellen met het oog op een echtscheidingsprocedure tussen voornoemde echtelieden.
Op 27 januari 2012 is ter griffie een faxbericht met bijlagen van de advocaat van de man binnengekomen.
De rechtbank heeft de zaak behandeld ter zitting met gesloten deuren van 30 januari 2012 in aanwezigheid van partijen bijgestaan door hun advocaten.
De advocaat van de man heeft ter zitting pleitaantekeningen overgelegd.
Ter zitting heeft de vrouw het verzoek tot vaststelling van een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen ingetrokken.
In deze procedure wordt van de volgende feiten uitgegaan:
* partijen zijn op 23 november 2001 te [plaats](Oekraïne) met elkaar gehuwd in algemene gemeenschap van goederen;
* zij hebben het gezag over de minderjarigen:
o [kind 1], geboren in de gemeente [plaats] op [datum],
o [kind 2], geboren in de gemeente [plaats] op [datum].
De vrouw heeft verzocht te bepalen dat zij met uitsluiting van de man gerechtigd zal zijn tot het gebruik van woning aan de [adres].
Zij heeft voorts verzocht te bepalen dat de kinderen aan haar zullen worden toevertrouwd en dat de zorg en opvoedingstaken op een wijze worden verdeeld dat de kinderen met de volgende regelmaat bij de man zijn:
- het ene weekend haalt de man de kinderen vrijdagmiddag uit school en brengt hij de kinderen zondagavond na de kerkdienst om ca. 18.00 uur terug bij de vrouw,
- het andere weekend haalt de man de kinderen vrijdagmiddag uit school en brengt hij de kinderen zaterdagmorgen om 11.00 uur naar de Russische les in Groningen,
- op een andere door de man te bepalen vaste middag in de week haalt de man de kinderen uit school en brengt hij de kinderen 's avonds om 19.00 uur bij de vrouw,
- in de schoolvakanties zijn de kinderen de helft van de kerstvakantie bij de man en daarnaast alle schoolvakanties behalve de zomervakantie, omdat de familie gewend is dat de kinderen de hele zomervakantie doorbrengen bij de ouders van de vrouw in Oekraïne.
Tot slot heeft zij verzocht te bepalen dat de man als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige kinderen bij vooruitbetaling zal voldoen een bedrag van EUR 200,- per kind per maand.
De vrouw heeft ter ondersteuning van haar verzoeken aangevoerd dat zij, in tegenstelling tot de man, over voldoende financiële middelen beschikt om de totale hypotheeklasten te voldoen. Zij heeft binding met de woning en de woonplaats en wil de woning na de scheiding graag overnemen.
De vrouw voert voorts aan dat partijen geen overeenstemming hebben bereikt over een verdeling van de zorg- en opvoedingstaken omdat de man wil dat de kinderen iedere zondag twee keer met hem naar de kerk (gereformeerde gemeente) gaan. De vrouw vindt dat voor de kinderen veel te belastend. Zij kan zich voorts niet vinden in de wijze waarop het geloof in de gereformeerde kerk wordt beleefd.
De man heeft - kort weergegeven - verzocht te bepalen dat de kinderen aan hem worden toevertrouwd, dat hij met uitsluiting van de vrouw gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de woning en dat er een contactregeling tussen de vrouw en de kinderen wordt vastgesteld.
De man voert ter ondersteuning van zijn verzoek aan dat de vrouw stelselmatig aan hem heeft laten weten dat zij de echtelijke woning maar niks vond en dat ze wilde verhuizen. De man daarentegen heeft de woning met veel geduld en liefde gemaakt tot wat het nu is en ook hij kan de woning betalen.
De man heeft tijdens het huwelijk van partijen altijd het leeuwendeel van de verzorging en opvoeding van de kinderen voor zijn rekening genomen. De vrouw heeft de kinderen meer als last dan als lust ervaren. De kinderen zijn ook het liefst bij de man. Zij vertonen angst voor hun moeder. De vrouw wil ook niet dat de kinderen met de man naar de kerkdiensten gaan, terwijl de kinderen het juist prettig vinden om met de man de kerk te bezoeken. Wat de kinderen minder prettig vinden is dat ze, naast de gewone schoolgang, ieder zaterdag naar de Russische school moeten.
De man heeft tot slot aangevoerd dat hetgeen de vrouw verzoekt strijdig is nu zij enerzijds stelt dat de man geen inkomen heeft om de woning te betalen en anderzijds wel kinderalimentatie verzoekt.
Ter zitting heeft de vrouw haar verzoek tot het vaststellen van een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige kinderen van EUR 200,- per kind per maand ingetrokken. De vrouw zal in dit verzoek dan ook niet ontvankelijk worden verklaard.
Gelet op de volkomen tegenstrijdige standpunten van partijen acht de rechtbank zich onvoldoende geïnformeerd om een beslissing te kunnen nemen met betrekking tot de toevertrouwing en een voorlopige verdeling van de zorg- en opvoedingstaken alsmede, daarmee samenhangend, het voortgezet gebruik van de woning. Daarbij wordt van groot belang geacht dat partijen elkaar op essentiële punten voor de identiteitsontwikkeling van de kinderen (geloof /kerkgang en afkomst/Russische les) heftig bestrijden, hetgeen de rechtbank zorgelijk voorkomt.
Uit hetgeen door partijen is aangevoerd blijkt dat de verhoudingen tussen hen op dit moment verre van optimaal is. De rechtbank acht het aangewezen dat partijen zich onthouden van negatieve kwalificaties over elkaar en over de kerkgang en de Russische les jegens en in aanwezigheid van de kinderen.
De rechtbank zal de Raad voor de Kinderbescherming (de raad) verzoeken een zogenaamde 'quick scan' uit te voeren naar aanleiding hiervan binnen zes weken aan de rechtbank rapport en advies uit te brengen. In afwachting van de rapportage van de Raad zal de beslissing op het verzoek met betrekking tot genoemde punten worden aangehouden.
Na ontvangst van de rapportage worden partijen in de gelegenheid gesteld hierop te reageren. Nadien zal de rechtbank de zaak schriftelijk afdoen, tenzij partijen een zitting wensen dan wel de rechtbank dit noodzakelijk acht. De griffier van de rechtbank zal dan een nadere zittingsdatum bepalen.
De rechtbank heeft ter zitting geoordeeld dat het in het belang van de kinderen is dat er in afwachting van de uitkomst van de 'quick scan' een tijdelijke verdeling van de zorg- en opvoedingstaken wordt vastgesteld waarbij de huidige situatie van de kinderen niet meer dan echt noodzakelijk wordt gewijzigd en waarbij als uitgangspunt heeft te gelden dat de kinderen in de voormalige echtelijke woning blijven wonen en waarbij de kerkgang op zondag en de Russische les op zaterdag gehandhaafd blijft op de wijze waarop dat ten tijde van de samenleving gebruikelijk was.
Met inachtneming van dit uitgangspunt hebben partijen in onderling overleg een voorlopige verdeling van de zorg- en opvoedingstaken, alsmede een regeling over het gebruik van de echtelijke woning afgesproken als hierna weergegeven.
verklaart de vrouw niet ontvankelijk in haar verzoek tot het vaststellen van een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding;
houdt de beslissing met betrekking tot de definitieve toevertrouwing, de voorlopige verdeling van de zorg- en opvoedingstaken en het voortgezet gebruik van de woning aan en verzoekt de Raad voor de Kinderbescherming te Groningen een 'quick scan' uit te voeren en hiervan uiterlijk op de rolzitting van 20 maart 2012 aan de rechtbank rapport en advies uit te brengen;
partijen dienen uiterlijk op de rolzitting van 10 april 2012 te reageren op voornoemde rapportage;
indien nodig zal de griffier een nadere zittingsdatum bepalen;
stelt in afwachting van de uitkomsten van de 'quick scan' de volgende tijdelijke regeling vast:
- partijen verblijven wisselend een week met de kinderen in de voormalige echtelijke woning waarbij de wisseling zal plaatsvinden op zondag om 18.30 uur;
- in de week dat de man in de woning verblijft haalt de vrouw de kinderen op zaterdag op en brengt ze naar de Russische school waarna ze de kinderen ook weer terug brengt;
- in de week dat de vrouw in de woning verblijft haalt de man de kinderen op zondag voor de eerste kerkdienst op en brengt ze na de tweede kerkdienst weer terug;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. D.J. Klijn en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 3 februari 2012 in aanwezigheid van mr. M.M. Verbeek, griffier.
mmv