In augustus 2010 heeft een tweede makelaar, mevrouw [C] (hierna: [C] ), de woning bezichtigd. In haar brief van 10 november 2010 heeft zij het volgende aan [B] geschreven:
“Ik heb een aantal keren geprobeerd om telefonisch contact met u te leggen, maar ik krijg geen gehoor en kan geen voicemail inspreken. Daarom doe ik het schriftelijk.
U heeft me in augustus gevraagd of ik uw woning wilde verkopen of eventueel een
waardeverklaring wilde opstellen, afhankelijk van uw eigen mogelijkheden om de woning te
kunnen kopen. Op vrijdag 27 augustus 2010 ben ik langs geweest om de woning op te nemen en heeft u een afspraak gehad met de heer [G] , hypotheekadviseur, om te kijken of u voldoende financiële mogelijkheden heeft om de woning geheel op uw naam te krijgen. Dit laatste bleek niet het geval wat betekent dat de woning moet worden verkocht.
Ik heb contact met mevrouw [A] opgenomen, mede eigenaar van de woning, om te kijken of zij de woning ook wilde verkopen. In het gesprek met haar is duidelijk geworden dat zij de woning graag wil verkopen, of aan u of aan een derde, dat maakt voor haar niet uit.
Ik heb zowel u als mevrouw [A] aangegeven dat ik een opbrengst verwacht van om en nabij de 170.000,= euro. Met een hypotheek van 125.000,= euro betekent dat voor u een goede overwaarde en hoeft de financiële situatie de verkoop niet in de weg te staan.
Ik heb zowel met u als met mevrouw [A] destijds gesproken over een vraagprijs van
179.000,= euro. Mevrouw [A] kan zich hier in vinden, maar u wilt een vraagprijs hanteren van 190.000,= euro of meer, Ik heb u aangegeven dat dat gezien de markt geen reële vraagprijs is en heb u gevraagd om er nog eens rustig over na te denken. Tot nu toe heb ik niets meer van u vernomen en is het mij ook niet gelukt om contact met u te leggen.
Om mijn waardeoordeel te onderstrepen kan ik melden dat de vergelijkbare woning bij u in de straat die meer dan 2 jaar te koop heeft gestaan (eerst voor een vraagprijs van 199.000,= euro, later 189.500,= euro en 179.000,= euro) onlangs is verkocht voor 170.000,= euro. Graag hoor ik van u wat uw voorstel is met betrekking tot de verkoop.”