ECLI:NL:RBGRO:2011:BP4574
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - meervoudig
- D.A. Flinterman
- D.J. Klijn
- J.H.H.M. Dorscheidt
- Rechtspraak.nl
Ontheffing van ouderlijk gezag en benoeming van voogdij aan grootmoeder m.z. in het belang van de minderjarige B.
In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 11 januari 2011 uitspraak gedaan over de ontheffing van het ouderlijk gezag van de moeder over haar minderjarige kind B. De moeder, die op 9 juli 2005 beviel van B., heeft het gezag over het kind, maar is door de rechtbank onmachtig bevonden om de zorg en opvoeding van B. op zich te nemen. De rechtbank heeft vastgesteld dat B. sinds haar geboorte bij haar grootmoeder m.z. woont, die de dagelijkse zorg voor het kind op zich heeft genomen. De moeder heeft in het verleden problemen gehad, waaronder een persoonlijkheidsstoornis, waardoor zij niet in staat is om een verantwoordelijke rol in de opvoeding van B. te vervullen.
De Raad voor de Kinderbescherming heeft in deze zaak geadviseerd om de moeder ontheffen van het gezag, en de grootmoeder m.z. tot voogdes te benoemen. De rechtbank heeft de belangen van B. vooropgesteld en geconcludeerd dat het in het belang van het kind is om de huidige woon- en leefsituatie te continueren. De grootmoeder m.z. heeft blijk gegeven van de stabiliteit en zorg die B. nodig heeft voor haar ontwikkeling. De rechtbank heeft de ontheffing van het gezag en de benoeming van de grootmoeder als voogdes uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
De uitspraak is gedaan in een zitting met gesloten deuren, waarbij de betrokken partijen, waaronder de moeder, de grootmoeder, en vertegenwoordigers van de Raad en Bureau Jeugdzorg, aanwezig waren. De rechtbank heeft de zaak behandeld op basis van de ingediende verzoekschriften en de rapportages van de Raad, en heeft de beslissing genomen in het belang van de minderjarige B.