ECLI:NL:RBGRO:2009:BK8072

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
1 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
109664/FA RK 09-993
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging erkenning vaderschap en geslachtsnaamwijziging

In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 1 december 2009 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van verzoeker, die de ontkenning van zijn vaderschap door belanghebbende A. wilde laten gegrondverklaren. Verzoeker heeft op 29 april 2009 een verzoekschrift ingediend, waarin hij tevens vroeg om zijn geslachtsnaam te wijzigen naar die van belanghebbende B. De rechtbank heeft vastgesteld dat belanghebbende A. niet de biologische vader van verzoeker is, wat onder andere werd ondersteund door het verschil in huidskleur tussen verzoeker en belanghebbende A. De rechtbank heeft ambtshalve de relevante rechtbankdossiers geraadpleegd en op basis van de overgelegde stukken en verklaringen geconcludeerd dat er geen sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 1:199 BW, waardoor verzoeker niet in zijn verzoek tot ontkenning van het vaderschap kon worden ontvangen.

De rechtbank heeft het verzoek tot vernietiging van de erkenning toegewezen, op grond dat belanghebbende A. niet de biologische vader is. Dit betekent dat de erkenning van verzoeker door belanghebbende A. wordt vernietigd, en dat verzoeker voortaan alleen in familierechtelijke relatie staat tot zijn moeder, belanghebbende B. Het verzoek van verzoeker om zijn geslachtsnaam te wijzigen is niet-ontvankelijk verklaard, omdat hij op grond van de wet reeds van rechtswege de geslachtsnaam van belanghebbende B. zal dragen. De uitspraak is gedaan in een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de zaak op 1 september 2009 met gesloten deuren is behandeld. De beslissing is uitgesproken door de rechters L.C. Bosch, D.J. Klijn en M.P. den Hollander, waarbij de griffier aanwezig was.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector civielrecht
Meervoudige familiekamer
Zaaknummer 109664/FA RK 09-993
Beschikking d.d. 1 december 2009
in de zaak van:
verzoeker,
procureur mr. A.M. Crouwel,
en
belanghebbende A.,
in persoon verschenen,
en
belanghebbende B.,
in persoon verschenen.
PROCESVERLOOP
Verzoeker heeft op 29 april 2009 een verzoekschrift ingediend strekkende tot gegrondverklaring van de ontkenning van het vaderschap van belanghebbende [A.,] en - voor zover nodig - te bepalen, dat zijn geslachtsnaam wordt gewijzigd in die van belanghebbende B.
De rechtbank heeft de zaak behandeld ter zitting met gesloten deuren van 1 september 2009.
Daarbij zijn verzoeker, zijn advocaat mr. Crouwel en beide belanghebbenden verschenen en gehoord.
RECHTSOVERWEGINGEN
Op grond van hetgeen door of namens betrokkenen is aangevoerd, de inhoud van de door hen overgelegde stukken en op grond van de ambtshalve geraadpleegde inhoud van rechtbankdossiers in procedures, waarbij verzoeker en/of belanghebbenden waren betrokken, staan de volgende feiten vast:
Verzoeker is op 30 april 1988 geboren in Paramaribo in Suriname als één van een tweeling uit een relatie van zijn moeder - belanghebbende B. -, met een voor verzoeker onbekende man.
De moeder van verzoeker heeft nooit met deze man samengewoond en hij heeft de kinderen ook niet erkend.
Toen verzoeker ongeveer twee jaar oud was is hij samen met zijn broer in Nederland gaan wonen. Zijn moeder woonde daar toen al. Verzoeker is door belanghebbende [A.,] erkend.
Moeder is op 28 februari 1990 in de gemeente Groningen getrouwd met deze belanghebbende.
Bij beschikking van deze rechtbank van 28 juli 1992 is tussen verzoeker en belanghebbende B. de scheiding van tafel en bed uitgesproken.
Het huwelijk is op 19 juni 2007 ontbonden door inschrijving van de beschikking van deze rechtbank d.d. 6 maart 2007, waarbij de ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed is uitgesproken, in de daartoe bestemde registers van de burgerlijke stand.
standpunt van verzoeker:
Belanghebbende [A.,] is niet de biologische vader van verzoeker, maar staat wel als vader in de gemeentelijke basisadministratie geregistreerd.
Verzoeker gaat er vanuit, dat hij door belanghebbende [A.,] in Nederland is erkend, voorafgaand aan het huwelijk tussen zijn moeder en genoemde belanghebbende en dat hij door dit huwelijk is gewettigd.
Reeds uit het grote verschil in huidskleur tussen verzoeker en belanghebbende [A.,] wordt duidelijk, dat laatstgenoemde nooit de biologische vader van verzoeker kan zijn.
Verzoeker heeft zich gedurende zijn gehele jeugd ongemakkelijk gevoeld bij de juridische band met belanghebbende [A.,]. Mede door zijn huidige geslachtsnaam voelt hij dat ongemak dagelijks.
Verzoeker heeft geen enkel contact meer met belanghebbende [A.,] en wil in zijn volwassen leven niet langer juridisch aan deze belanghebbende verbonden zijn en ook niet langer diens achternaam dragen. De juridische status dient in overeenstemming te worden gebracht met de biologische werkelijkheid.
standpunt van belanghebbenden:
Belanghebbende B. heeft verklaard, dat belanghebbende [A.,] niet de biologische vader van verzoeker is, hetgeen ter zitting ook door [A.,] is bevestigd.
Beiden hebben verzocht het verzoek toe te wijzen.
beoordeling:
Gelet op hetgeen verzoeker heeft aangevoerd leest de rechtbank zijn verzoek als zijnde een verzoek tot vernietiging van de erkenning op grond dat de erkenner, belanghebbende [A.,], niet de biologische vader van verzoeker is.
De rechtbank overweegt daarbij dat er geen sprake is geweest van een situatie, als bedoeld in artikel 1:199, onder a of b BW, zoals vereist in artikel 1:200 lid 1 BW.
Om deze reden behoort een procedure tot ontkenning van het door huwelijk ontstane vaderschap niet tot de (juridische) mogelijkheden van verzoeker.
Gelet op de inhoud van de overgelegde stukken en de uitdrukkelijke verklaringen van zowel verzoeker als beide belanghebbenden en ook gelet op het feit, dat verzoeker een geheel donkere huidskleur heeft, terwijl [A.,] geheel blank is, is naar het oordeel van de rechtbank voldoende komen vast te staan, dat belanghebbende [A.,] niet de biologische vader is van verzoeker.
Het belang van verzoeker verzet zich ertegen, dat de juridische band met belanghebbende [A.,] blijft voortduren.
Gelet op het vorenoverwogene wordt het onweersproken verzoek van verzoeker tot vernietiging van de erkenning op de grond, dat de erkenner - belanghebbende [A.,] - niet de biologische vader van verzoeker is, toegewezen.
Volgens artikel 1:206 lid 1 BW wordt, nadat de beschikking houdende vernietiging van de erkenning in kracht van gewijsde is gegaan, de erkenning geacht nimmer gevolg gehad te hebben.
Door de vernietiging van de erkenning staat verzoeker alleen in familierechtelijke relatie tot zijn moeder, belanghebbende B.
Het verzoek om voortaan haar geslachtsnaam te gaan dragen wordt gelet op het vorenoverwogene niet-ontvankelijk verklaard omdat verzoeker, gelet op het bepaalde in artikel 1:5 lid 1 en voornoemd artikel 1:206 lid 1 BW, reeds van rechtswege voortaan de geslachtsnaam van belanghebbende B. zal dragen.
BESLISSING
wijst toe het verzoek tot vernietiging van de erkenning en vernietigt de erkenning van verzoeker
door de erkenner, belanghebbende A.;
verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek dat hij voortaan
de geschtsnbaam van belanghebbende B. zal dragen.
Gegeven door mrs. L.C. Bosch, D.J. Klijn en M.P. den Hollander (voorzitter) en door eerstgenoemde uitgesproken ter openbare zitting van 1 december 2009, in tegenwoordigheid van de griffier