ECLI:NL:RBGRO:2008:BD2883
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Wrakingverzoek tegen rechter en Bureau Jeugdzorg afgewezen
Op 29 april 2008 heeft de Rechtbank Groningen een wrakingsverzoek van verzoekster afgewezen. Verzoekster, die betrokken was bij een procedure met Bureau Jeugdzorg, stelde dat mr. K.R. Bosker, de behandelend rechter, blijk gaf van vooringenomenheid. Zij voerde aan dat mr. Bosker eerdere verzoekschriften van Bureau Jeugdzorg ten onrechte had toegewezen en dat de rechtbank niet bevoegd was om het verzoek van Bureau Jeugdzorg opnieuw in behandeling te nemen. Verzoekster vond ook dat mr. Bosker niet adequaat had gereageerd op haar verzoek om informatie voorafgaand aan de zitting van 21 februari 2008.
De rechtbank oordeelde dat de argumenten van verzoekster niet voldoende waren om aan te nemen dat er sprake was van vooringenomenheid. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De rechtbank concludeerde dat verzoekster geen feiten of omstandigheden had aangedragen die wezenlijk konden wijzen op een gebrek aan onpartijdigheid van mr. Bosker.
De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd genomen door de meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de rechters R.B.M. Keurentjes, G.J.J. Smits en E.J. Oostdijk, met mr. D.W.J. Vinkes als griffier. De rechtbank bepaalde dat het proces in de hoofdzaak voortgezet zou worden in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.